Soms is een banaan gewoon een banaan
In december plakte Maurizio Cattelan met ducttape een banaan op de muur van Art Basel Miami met de intentie de kunstwereld wakker te schudden. En gek genoeg lukte het hem ook nog. Het werk, getiteld Comedian, werd tweemaal verkocht voor 120.000 dollar. De media konden niet wachten om verslag uit te brengen van de diepten van absurditeit tot waar het kunstcircuit was gezonken. De facebookcommentatoren zagen de gebeurtenis als aanvullend bewijs dat de culturele elite volledig zijn connectie met de gewone wereld was verloren. Een artikel op brobible.com vatte het bondig samen: “Art is the worst”.
Het kunstwerk van Cattelan leidde tot ophef vanwege de prijs, maar natuurlijk ook vanwege de knulligheid die inherent aanwezig is in zowel banaan als ducttape. Ducttape is de eenvoudigste en botste manier om iets snel aan een muur te bevestigen, en de banaan is zo ongeveer het lulligste object denkbaar. “Bananas are important. As humans, they remind us of a lot of other things”, zei Cattelan in een interview in mei 2019, maanden vóór de onthulling van Comedian. De banaan is een fallus, maar eentje zonder bravoure. Er is een reden dat de aubergine de go-to emoji voor het mannelijk geslacht is geworden: de aubergine is groot en de paarse kleur is erotisch en etnisch ambigu. De banaan daarentegen is dunner, weeïg van smaak en wit met geel – niet bepaald de meest sexy kleuren. De banaan is het toppunt van lulligheid. En daarmee werd Comedian een heel flauw, duur grapje.
Het is jammer dat van alle 2615 werken die op Art Basel Miami 2019 werden getoond, Comedian de meeste publiciteit heeft gekregen. Het werk van Cattelan is namelijk helemaal niet zo inspirerend, en dat heeft niets te maken met het feit dat het ‘maar een banaan’ is. Er is juist hele bijzondere, interessante kunst gemaakt die uit eenvoudige objecten bestaat. Of uit eten.
David Datuna – Hungry Artist
Gelukkig liep op Art Basel ook de kunstenaar David Datuna rond. Ook al bestaat Datuna’s kunst voornamelijk uit installaties van lenzen en scherven, werd hij door het nieuws plotsklaps tot ‘performance artist’ uitgeroepen toen hij de banaan van de muur pelde en hem kalmpjes opat. “Hungry Artist”, noemde hij zijn daad terloops, terwijl hij werd gefilmd door tientallen onthutste bezoekers. Datuna werd door de organisatoren van Art Basel van het beursterrein verwijderd, maar Cattelans galleriehouder Emmanuel Perrotin deed geen aangifte. Het ging bij Comedian dan ook niet om de banaan zelf, maar om het idee – een banaan op de muur geplakt met ducttape. De banaan zelf kan op verzoek van de koper altijd vervangen worden. Datuna had het kunstwerk niet vernietigd.
Wat mij betreft becommentarieert Datuna daarom met zijn daad niet zozeer de bizarre financiële werkingen van de kunstmarkt. Eigenlijk herinnerde hij ons aan iets dat veel eenvoudiger en fundamenteler is: Comedian blijft, ondanks alle poespas, een eetbare banaan. De vrucht komt van een boom en is een voedzame snack vol kalium en vitamine C. Er zitten van die taaie draadjes aan die de meeste mensen er doorgaans afpellen. Datuna’s actie was natuurlijk een publiciteitsstunt, maar hij wees ons ook op het wezenlijke aspect van de banaan. Hij trok ons weg van het zweverige kunstdiscours en de fallische dubbelzinnigheid en bracht ons terug naar de materiële werkelijkheid. Zo redde Datuna het werk van de vergankelijkheid – de banaan was al overrijp en zou het als voedsel toch niet lang meer hebben uitgehouden.
Beeld door Teun Grondman
Uiteindelijk is de banaan onderdeel geworden van het lichaam van David Datuna. We beseffen het niet altijd, maar mensen bestaan, naast water, volledig uit voedsel. Eten is de handeling die wezens verbindt met hun materiële omgeving. Wij zijn eten.
De Britse kunstenaar Antony Gormley benadrukt dit in zijn werk Bed uit 1981. Bed is een stapeling van 8640 sneetjes witbrood, ter grootte van een kingsize bed, waaruit hij gedurende drie maanden de twee helften van zijn eigen lichaam at. Het heeft iets weg van een bed waar twee mensen afdrukken in hebben achtergelaten, of van een tweepersoonsdoodskist. Het proces van eten benadrukt de materiële connectie tussen Gormleys eigen lichaam en het lichaam dat hij vormgaf. Waar een sculptuur normaal gesproken onderworpen wordt aan de wil van de kunstenaar, ging Gormley een meer egalitaire, wederkerige relatie aan met zijn materiaal. Hij maakte het werk, maar het werk maakte hem ook. Hij schreef er zelf over: “Sculpture has traditionally been about imposing mind over matter by an act of intelligence and will. I was looking for a more natural process, and eating is the primal process by which matter is transformed into mind.”
Antony Gormley – Bed
Net als een banaan vergaat brood vrij snel. Gormley voelde zich dan ook genoodzaakt om Bed uit elkaar te halen, alle sneetjes te laten drogen en vervolgens te dopen in paraffine, een was waar ook kaarsen en waskrijtjes van worden gemaakt. Dat maakt dat Bed bijna veertig jaar later nog steeds onderdeel is van de collectie van het Tate Museum. Best jammer eigenlijk, want het doet afbreuk aan een essentiële eigenschap van etenskunst: het is bederfelijk, en dus eindig. Eten als materiaal voor kunst is ideale manier om ons te confronteren met thema’s van verval en eindigheid. Felix Gonzalez-Torres’ Untitled (Portrait of Ross in L.A.) uit 1991 bijvoorbeeld. Een prachtig eenvoudig werk, bestaande uit een berg van gekleurde verpakte snoepjes – zulke merkloze zuurtjes die je doen denken aan de snoeptrommel van je oma, een prachtig onschuldige kindertijd. De berg weegt precies zoveel als Felix’ geliefde Ross Laycock, op het moment dat bij hem AIDS werd geconstateerd. Wanneer het publiek snoepjes van de stapel pakt en opeet wordt de stapel steeds kleiner en lichter: een parallel met het vreselijke aftakelingsproces van Ross, die vermagerde en uiteindelijk aan de gevolgen van HIV/ADIS overleed. Het publiek neemt deel aan de rituele vertering van een lichaam, zoals ook bij de heilige communie gebeurt (Gonzalez-Torres had een katholieke achtergrond). In zekere zin blijft het lichaam van Ross doorleven door onderdeel van andere lichamen te worden. En zelfs zonder het publiek is Untitled (Portrait of Ross in L.A.) in een voortdurende staat van vertering – ook harde snoepjes zullen onder invloed van warmte en luchtvochtigheid bederven.
Felix Gonzalez-Torres – Untitled (Portrait of Ross in L.A.)
De vluchtige aard van eten doet ons nadenken over de eindigheid van het bestaan, maar kan ons tegelijkertijd dwingen in het moment te blijven. Eten brengt ons in contact met onszelf en anderen.
Een paar jaar geleden deed ik een experiment waarbij ik tien dagen niets anders consumeerde dan Joylent, een drinkmaaltijd die alle voedingsstoffen bevat die een mens in theorie nodig heeft. Drie keer per dag maakte ik een shake van poeder en water, zodat ik me geen zorgen hoefde te maken over cholesterol, afval of afwas. Futuristisch, wetenschappelijk, milieuvriendelijk, ideaal voor mensen met lichte transhumanistische neigingen. Ik voelde me er fysiek prima onder – gezond en stabiel in mijn energie – maar wat ik miste was het sociale aspect van eten: het genieten van een lekkere maaltijd samen met anderen. Eten als smaakvolle en sociale bezigheid is een menselijke behoefte waarvan we het belang niet moeten onderschatten.
Veel kunstenaars hebben zich beziggehouden met dit sociale aspect van eten. Fluxus-kunstenaar Alison Knowles maakt al sinds 1962 gigantische salades in haar performance Make a Salad. Op grote hoogte, begeleid door livemuziek, prepareert ze enorme hoeveelheden verse ingrediënten en dressing die ze naar beneden gooit in een groot zeildoek. Vervolgens mixt ze de salade met een hark en wordt het gerecht uitgeserveerd aan het publiek. Een speels en ongecompliceerd werk: geen enkele uitvoering van Make a Salad is hetzelfde. Elke versie wordt gemaakt met andere hoeveelheden en andere ingrediënten.
Alison Knowles – Make a Salad
In 1990, zo’n dertig jaar na de eerste uitvoering van Make a Salad, serveerde kunstenaar Rirkrit Tiravanija zelfgemaakte pad thai aan het publiek in een gallery in New York. Tiravanija, geboren in Argentinië, opgegroeid in Thailand, Ethiopië en Canada, opgeleid in Chicaco en New York, realiseerde door aanraking met vele culturen dat eten de verbindende factor was voor ons allemaal – iedere samenleving op aarde heeft wel een traditie van bij elkaar komen om te eten. “It is not what you see that is important but what takes place between people”, zei hij zelf over zijn etenskunst. Pad Thai werd exemplarisch voor de stroming relational aesthetics, een kunstvorm waarbij het niet zozeer gaat om het werk zelf, maar om de intermenselijke relaties die het werk teweeg brengt.
Een ander voorbeeld van relationele etenskunst is het werk I eat you eat me van de Nederlandse kunstenaar Mella Jaarsma, die mensen aan elkaar koppelt in een soort tweepersoons schort-tafel. Het is dan de bedoeling dat deelnemers eten voor elkaar bestellen, dat ze aan elkaar voeren. Zo wordt men uitgedaagd zich te verplaatsen in de menselijkheid en lichamelijkheid van een ander. Of neem de Taiwanese kunstenaar Lee Mingwei, die in zijn werk The Dining Project iedere dag in zijn galerie een vreemde uitnodigt om samen te eten en te praten. Dat diner wordt gefilmd en de volgende dag bij het volgende diner zacht op de achtergrond afgespeeld. Zo ontstaat er een soort doorlopende conversatie van dag tot dag.
Lee Mingwei – The Dining Project
Ook banaankunstenaar Maurizio Cattelan wordt soms geschaard onder de relational kunstenaars. En inderdaad, bij veel van zijn kunst is het werk slechts een catalysator die bepaalde communicatie tussen mensen teweegbrengt – maar dat gebeurt vaak op een flauwe en cynische manier. Zo kleedde hij zijn galeriehouder Emmanuel Perrotin voor een opening in 1995 in een roze piemelvormig kostuum met konijnenoren. En in 1996 stal hij voor een expositie in De Appel in Amsterdam de werken uit een andere nabijgelegen galerie – tot hij werd gearresteerd. Veel van Cattelans kunst lijkt over niets anders te gaan dan zijn eigen vermogen om de kunstwereld en de media te bedonderen. En dat is best jammer. Want “bananas remind us of a lot of other things”, aldus Cattelan. Inderdaad, maar soms is een banaan gewoon een banaan.
Maurits de Bruijn vertelde me laatst aan de telefoon dat het hem opviel wanneer er in Hollywoodfilms gegeten wordt: eten was, volgens hem, namelijk het waarachtigste wat iemand op het witte doek kan doen. De emoties die een acteur voelt zijn gespeeld, maar het kauwen, slikken en verteren van voedsel kun je niet veinzen. Zo wordt in de film A Ghost Story uit 2017 bijvoorbeeld op een sublieme manier de menselijke emotie verwezenlijkt door middel van eten. In een ononderbroken shot eet actrice Rooney Mara woordeloos een taart tot ze zo vol zit dat ze niet meer kan. In de film is Mara’s personage dan net haar man verloren door een auto-ongeluk. Het verdriet en de verlorenheid die ze voelt worden door middel van het opschrokken van de taart op een afschuwelijke manier tastbaar. Het publiek moet gedwongen toekijken hoe haar personage en dus ook de actrice zelf – die in dat moment volledig samenvallen – iets puur lichamelijks doormaakt. De scène duurt vier minuten maar voelt minstens drie keer zo lang – toen ik het in de bioscoop zat liepen er mensen uit frustratie weg. Kijk de hele scène zonder te skippen en je zult merken hoe heftig kunst met eten kan zijn.
Teun Grondman (1994) is kunstenaar, schrijver, muzikant en studeert op dit moment Approaching Language aan het Sandberg Instituut te Amsterdam. Hier vind je zijn website.