Sander Breure & Witte van Hulzen in Marres
Nu snap ik weer waarom ik het als kind zo leuk vond om over de daken heen te rennen: het is spannend. Het dak is normaal gesproken terrein van timmerlieden en schilders. Bij Marres laat ik het stadse leven voor wat het is en begeef ik me in de theatrale wereld van het kunstenaarsduo Sander Breure en Witte van Hulzen.
Sander en Witte hebben voor hun eerste museale solotentoonstelling de begane grond van Marres tot een typisch Nederlands daklandschap getransformeerd, inclusief zwarte bitumineuze dakbedekking. De nepschoorstenen voegen een extra laag toe en verlevendigen het geheel. Lopend over het teer en gravel—wat een eigen geluid en geur met zich mee brengt—begeef ik mij in verschillende scènes waarvan het exacte verhaal onduidelijk blijft. De eerste mensgrote sculptuur die ik tegen het lijf loop is in mijn ogen een beetje een louche figuur, hij draagt een blauwe vuilniszak. Wat deze man op het dak doet is een raadsel en wat er in die vuilniszak zit blijft onduidelijk. Is hij op de vlucht? Door een half geopend dakraam kijk ik stiekem even naar binnen en zie een televisiescherm waarop een figuur gekke bekken trekt.
Het dak is normaal gesproken terrein van timmerlieden en schilders.
De dakconstructie vormt het podium waarop de sculpturen van Sander en Witte de interactie aangaan met het publiek. De figuratieve sculpturen in combinatie met het daklandschap suggereren dat er een verhaal wordt uitgebeeld. Er zijn volgens het kunstenaarsduo verschillende niveaus van interpretatie. ‘Bijvoorbeeld zoals een kind dat zou doen, in een directe, fysieke reactie op formaat, kleur of geluid. Maar er is ook de mogelijkheid om er verder over na te denken en andere conceptuele lagen te vinden.’
De installatie op de begane grond draagt dezelfde titel als de tentoonstelling, The Floor is Lava, en verwijst naar het idee van een stad als theater—maar de installatie symboliseert ook de vlucht, de mogelijkheid om even te ontsnappen aan de werkelijkheid. Er gaat een geheimzinnigheid uit van het dak. De wereld verandert als je enkele meters hoger staat. Niets lijkt meer urgent.
De installatie symboliseert ook de vlucht, de mogelijkheid om even te ontsnappen aan de werkelijkheid.
In de grote zaal op de eerste verdieping van Marres, staat een groot aantal sculpturen als figuranten langs de kant, alsof ze wachten hun rol te spelen in het tragische verhaal van The Thief. De cast is samengesteld uit vrienden, familie en bekenden van de kunstenaars. Wie goed kijkt kan een aantal van de expressieve portretten herkennen, Sander en Witte liggen zelf onderuitgezakt tegen de muur. Als bezoeker speel je dezelfde rol als de sculpturen.
We zijn allemaal getuigen van wat een aantal jaar geleden in Oldenzaal heeft plaats gevonden. Een oudere vrouw stal daar een portemonnee in de Xenos. De beelden van de diefstal zijn online gezet, viral gegaan en hebben voor veel haatreacties gezorgd. Als gevolg hiervan heeft de vrouw zelfmoord gepleegd. Middenin de zaal ligt er wat er van haar over is: een hoopje mens met de portemonnee nog haar hand.
Kenmerkend voor de sculpturen van Sander en Witte is dat deze zijn opgebouwd uit alleen het noodzakelijke. Vaak gaat het om een houten geraamte met kleding, soms is het lichaam in gips gegoten, maar ze zijn altijd gemaakt met aandacht voor de menselijke maat. De expressionistische keramische hoofden geven de lichamen hun karakter.
Kenmerkend voor de sculpturen van Sander en Witte is dat deze zijn opgebouwd uit alleen het noodzakelijke.
Het werk Seven Addressen bestaat uit zeven beeldschermen waarop de kunstenaars een kijkje geven in de woonkamers en daarmee de levens van zeven personen. Deze personen zijn geportretteerd aan de hand van hun spullen. Terugkerende motieven lijken televisieschermen en opladers voor tablets en smartphones. Shots van doodnormale objecten gecombineerd met merkwaardige scènes die volgens de kunstenaars refereren aan herinneringen van de hoofdpersonen. Het beeldscherm speelt in alle vier de installaties een rol. ‘Het gaat ons daarbij niet zozeer om wat er te zien is op het scherm, maar zoals In a Flickering Light suggereert, om de personen die er naar kijken.’
De installatie In a Flickering Light is een reactie op het fenomeen binge-watching en bestaat uit twee tegenover elkaar opgestelde zwartleren banken. Op de ene bank zit een onderuitgezakte haast vormloze in beton gegoten aardappelzak met ledematen, op de andere bank kan ik zelf plaatsnemen, alsof ik in een spiegel kijk.
Op de ene bank zit een onderuitgezakte haast vormloze in beton gegoten aardappelzak met ledematen, op de andere bank kan ik zelf plaatsnemen, alsof ik in een spiegel kijk.
Sander Breure en Witte van Hulzen tonen hoe wij mensen verstrikt raken in de banaliteiten van het dagelijks leven. Het eindeloos turen naar een beeldscherm waarmee we onze tijd verdoen en ons potentieel verlagen. De tentoonstelling The Floor is Lava confronteert ons met onszelf en biedt tegelijkertijd de mogelijkheid om aan onszelf te ontsnappen. De werkelijkheid van Sander en Witte is verwarrend en ongemakkelijk maar daardoor ook ontzettend spannend.
De tentoonstelling is nog tot en met 4 augustus te zien in Maastricht. Klik hier voor meer info.