Roos van Haaften maakt virtualiteit inzichtelijk
Het tegendeel van gezichtsbedrog
De beelden die Roos van Haaften (1983) tot stand brengt kunnen door hun virtualiteit ieder moment van gedaante veranderen. Door met licht leegte en ruimte te projecten rondom objecten en figuren ontstaan fotografische en filmische scenes met een beklemmend karakter. Daarmee gaat ze een relatie aan met een benadering in de kunst die wordt gekenschetst als het ‘unheimliche’ die per definitie nooit eenduidig kan worden opgevat.
In haar geval zijn het ‘geheimzinnige’ en ‘onbehaaglijke’ die in deze benadering van de verbeelding de boventoon voeren juist altijd inzichtelijk gemaakt en niet verborgen. Waar het ‘unheimliche’ doorgaans een illusionistisch gehalte heeft – er zit iets achter de dingen wat niet zichtbaar is, maar alleen voelbaar – dat gepaard gaat met verrassings- en schrikeffecten, onthult het werk van Roos van Haaften zowel haar werkwijze als het resultaat. Toch is de ‘suspense’ die zo typerend is voor het ‘unheimliche’ ook in haar werk niet afwezig. Het uiteindelijke beeld is in de stoffelijkheid transparant en krijgt objectmatig een immateriële uitwerking. De middelen waarmee ze haar beelden tot stand brengt zijn alledaagse en onaanzienlijk. Het zijn kruimels en stofjes, poeders en pillen, klein afval en restjes. Die stalt ze open en bloot uit op glasplaten die vanuit verschillende hoeken worden belicht waardoor een meervoudige projectie op de bovenliggende wand een veelal desolate landschappelijke of architectonische weerschijn veroorzaakt. Het is een beeld van schijn en wezen, een weerkaatsing van de waarneming, een reflectie op wat we denken te zien, een mentaal beeld, een visuele virtualiteit. Hoewel ze natuurlijk wel aan het genre raakt, is haar werk nooit een trompe l’oeil; het is juist het tegendeel van gezichtsbedrog.
Voordat Roos van Haaften beeldende kunst ging studeren, heeft ze zich eerst aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht van 2001 tot 2004 aan een theaterstudie gewijd en een schrijfopleiding met betrekking tot performance. Aan de Arnhemse kunstacademie, waar ze in 2008 afstudeerde heeft ze als beeldend kunstenaar de bevindingen van het werken met theaterprincipes en vooral de toepassing van licht in beeldende installaties en tekeningen geïncorporeerd.
Je ziet aan haar werk af dat ze het beeld niet enkel opvat als een ‘lichaam’, niet als een menselijk lijf, maar ook niet als ‘iets dat drie afmetingen’ (lengte, breedte, diepte) heeft, zoals bijvoorbeeld de geometrische figuren die we kennen als de ‘platonische lichamen’. En met Plato is meteen de referentie duidelijk van haar werk aan ‘de allegorie van de grot’ waarin de filosoof zijn opvattingen uiteenzet over het mens-zijn en de relatie tussen kennis en realiteit. De premisse van Plato in die allegorie is dat de mens de werkelijkheid enkel via schaduwbeelden tot zich neemt en zich daarmee een vervormd idee inbeeldt van het bestaan. Dat schaduwen en reflecties in het werk van Roos van Haaften vanzelfsprekend geen ‘diepte’ hebben, maakt hun wisselwerking met de voorwerpen waardoor ze worden teweeggebracht enigmatisch.
Dat Roos van Haaften na haar bachelor autonome beeldende kunst in Londen aan WCA University of the Arts nog een universitaire master in de tekenkunst deed, mag in dit opzicht niet verbazen. De inhoudelijke verdieping door middel van theoretische reflectie en kunstzinnig onderzoek onderbouwt de sprankelende aard haar kunstenaarspraktijk. Hoewel haar werk vooral een sterk prismatisch karakter heeft – het is vooral goed zichtbaar – doet het zich voor als een gedachtebeeld; het heeft een visionair gehalte, er liggen ideeën en opvattingen aan ten grondslag. Die hebben betrekking op hoe materialiteit resoneert in de omgeving, zoals bijvoorbeeld de stuifmeelrechthoeken van Wolfgang Laib dat doen; hoe licht als tastbare ruimtelijkheid kan worden ervaren zoals we dat ondergaan in de beelden van James Turrell; hoe een beeld in de fotografische oplossing ervan kan bestaan zoals we dat kennen uit de solarisaties van Man Ray; hoe een getekend animatie een bezield bestaan krijgt zoals William Kentridge dat aantoont in zijn filmische installaties; hoe we als mens zelf een tekening in de ruimte zijn zoals Robbie Cornelissen ons voorhoudt in zijn animaties; hoe we het raadsel van de kennis met behulp van projecties door holle en bolle spiegels als een geloofwaardige illusie kunnen onthullen zoals David Hockney dat in kunsthistorische bespiegelingen heeft onderzocht; hoe schaalmodellen en maquettes ons een inzichtelijkheid bieden die we 1:1 niet ervaren wat bijvoorbeeld het geval is in het werk van Edwin Zwakman; hoe het met zonlicht ontkleuren van platte voorwerpen hun schaduwbeeld een doorsnijdbaar volume geeft zoals Marten Hendriks heeft gedaan in zijn ‘verkleuringen’. Tot al deze benaderingen en tal van andere vormen van beeldend onderzoek verhoudt het werk van Roos van Haaften zich.
Door de aard van haar werk die je simpelweg als ‘lichtinstallaties’ kunt omschrijven is er vanzelfsprekend vanuit de lichtkunstfestivals die het laatste decennium populair zijn geworden de nodige belangstelling voor haar werk. Ze gaat die aandacht niet per se uit de weg, maar ze beseft wel dat haar werk in die categorie van de beeldende kunst aan een te eenzijdige benadering onderhevig is. De eigenzinnige, op zichzelf staande kwaliteit van haar werk is gelegen in de verhouding tussen de nauw waarneembare glasplaatbedekkingen die ze bouwt en de verbazingwekkende, bijna literaire letterlijkheid van het geprojecteerde beeld dat ze ermee tot stand brengt. Door het deskundige gebruik van theaterlicht – vrijwel altijd zet ze het instrumentarium dat ze inzet vol in beeld als wezenlijk onderdeel van een totaalinstallatie – overtuigen haar beelden als zelfstandige werelden. Je kunt je er niet aan onttrekken dat haar meervoudig samengestelde wereldbeelden een commentaar zijn op hoe we leven. Ons bestaan krijgt bij haar een kwetsbaarheid die het besef teweegbrengt dat we ieder moment kunnen worden weggevaagd, maar ook dat we er zelf iets van kunnen maken dat we niet voor mogelijk houden. We kunnen ons in haar werk uit geslagen positie weer oprichten.
Een extra element van haar werk dat de geloofwaardigheid ervan aantoont is dat het zowel in miniatuur als op monumentale schaal in de feitelijkheid overtuigend is. Op de beelden van Roos van Haaften staat geen maat.
Werk van Roos van Haaften is te zien tijdens ‘Klik! Amsterdam Animation festival ‘in Eye Museum van 25-30 oktober 2016.
Klik hier voor de website van Roos van Haaften