Openbaar je tranen
Met je wang klef tegen het raam van het openbaar vervoer, het koude trillende glas is de enige steun die je op dit moment kunt vinden. Tranen die vloeien, zonder enige rem, omdat je niet anders kan. De emotie zo sterk dat de reizigers in de bus zich afvragen wat er toch met je aan de hand.
De ervaring van verlies van mensen om je heen is universeel, het hoort bij ieder leven. Iemand verliezen aan de dood is anders. Soms onverwacht, ondenkbaar of na langdurig ziekbed een verlossing. Een ervaring die je misschien graag diep weg stopt, tot de bodem verwerkt of één die je altijd blijft achtervolgen. Marike Hoekstra draait het om: zij volgt het verdriet. Rouw is een thema in haar werk, gestart vanuit een eigen ervaring. Ze maakte drie zwarte unica boekjes getiteld: Käthe, Natasja en M.. Ik krijg ze aangetekend toegestuurd in een dikke envelop, in een map met twee paar witte handschoenen in verschillende maten.
Het boekje M. is het meest persoonlijke verhaal van Hoekstra, een gedicht van Vasalis wordt als leidraad gebruikt. De boekjes Natasja en Käthe vertellen hun verhaal aan de hand van nieuwsfoto’s. Het boekje Käthe refereert naar Käthe Kolwitz werk. Deze kunstenares durfde de dood te tonen in haar werk, ze tekent vele kinderlijkjes in de eerste helft van de twintigste eeuw. Haar werk krijgt echter een zwaardere lading wanneer haar eigen zoon overlijdt in de Eerste Wereldoorlog. Voor Marike is de Käthe een bijzonder rolmodel. ‘Ik bewonderde haar werk al voordat er iets aan de hand was met mijn eigen leven, het verband werd daarna alleen maar duidelijker’ vertelt Marike.
’s Ochtends luister ik het nieuws als een soort mantra: de korte nieuwsstukjes volgen snel op elkaar en ken ik snel uit mijn hoofd. Goedemorgen, zelfmoord aanslag, vermissing zonder verdere ontwikkelingen en een ontplofte autobom. Hoewel de vrijwel altijd zakelijk geklede nieuwslezer hier praat over heftige gebeurtenissen blijft zijn houding bij elk bericht hetzelfde. Zonder verandering in zijn gelaatstrekken gaat hij door naar het volgende bericht, alsof hij een handleiding voor een combimagnetron voorleest. Zelf verander ik ook nauwelijks van deze berichten, ik zal nooit hortend en stotend in de trein naar mijn werk gaan, omdat ik net heb gezien dat er 19 mensen overleden bij een treinongeluk in Zuid-Italie. Maar ik zou nooit meer naar mijn werk zou gaan als het 19 familieleden zouden zijn. Wanneer mag je verdriet openbaar maken en wanneer is het intiem en enkel van jou? Marike Hoekstra lijkt in haar boekjes te zeggen: deel het, bespreek het en verwerk het. Hoewel de ervaring puur persoonlijk wil de kunstenares het graag deelbaar maken, zonder de afstandelijkheid, maar met gevoel en aandacht.
De krant toont foto’s van heftige momenten die voor iemand een ommekeer in zijn leven kan behelzen en die hij altijd met zich meedraagt. ‘Hoe dichterbij het voorval is, hoe abstracter de foto, hoe verder weg het noodgeval plaatsvindt, hoe onbeschaamder de foto’ zegt Marike over nieuwsfoto’s. Aan de inbreuk die het tonen van deze kwetsbare mens wordt nauwelijks gedacht, het berichten van de wereld lijken noodzakelijker.
Hoekstra laat die afstandelijke krantenfoto’s dichtbij je komen door de foto’s na te tekenen. De afbeeldingen van kleine kinderen in wiegjes, met daarbij de plaats en datum, komen anders binnen dan de krantenfoto’s. Ik heb wel eens gehoord dat in Hamas, Damascus en Kandahar ongeregeldheden aan de hand zijn, maar het heeft me blijfbaar niet zodanig geraakt dat ik weet wat zich daaraf speelde.
Marike Hoekstra verloor haar eigen zoon en verslaat het proces rouw en verdriet in haar werk. Door haar eigen ervaring komt de complexiteit van rouwen sterker bij de kijker binnen dan bij een nieuwsfoto. De ene keer reageert Hoekstra anders op een foto dan op een ander moment, elk moment in het proces kijk je anders tegen de dood aan. Je voelt de worsteling van het rouwproces: de afwisseling tussen de geconcentreerde details en de expressieve geveegde toetsen voelen als een emotie. Gevoelens die elkaar tegenspreken om het verlies te verwerken.
– Het is goed, ik kan hem niet missen, het is goed. –
De gedachten blijven aan je trekken tot de rust de leiding neemt. Af en toe komen ze terug – ik mis je -. De worsteling blijft na een verlies, maar ebt weg naar de achterkamers van je gedachten. De herinnering schuift het af en toe naar voren.
Hier en daar krijgt een tekening een kleur, verder voert zwart-wit de boventoon. De kleur lijkt van het leven te komen: de herinnering aan dat wiegje of die jurk die ze altijd droeg. Ook van de tekeningen van Marike Hoekstra word ik ook niet direct emotioneel, maar het is wel confronterend. De dood hoort er nou eenmaal bij, het is de ondoorgrondelijke waarheid.
Naast het thema maken de witte handschoenen en de voorzichtigheid waarmee de kunstenaar haar eigen werk hanteert de boekjes nog gewichtiger. De krant pak je ook niet met witte handschoenen aan, je zou zelfs een hete pan op de pagina’s zetten of het gebruiken om het kampvuur aan te steken. De boekjes zijn nog nauwelijks buiten de omgeving van Hoekstra vertoond en dat maakt het verhaal nog intiemer.
Wil je meer weten over het werk van Marike Hoekstra, kijk dan op haar website.