Op de foto- Loodgieter
In de zaak geeft Richard zijn telefoon aan een collega. Hij slaat zijn arm om mijn schouders, drukt me stevig tegen zich aan, ademt snel in en uit.
Zijn collega maakt vier foto’s, Richard grist de telefoon uit zijn handen en bekijkt gretig de foto’s: zoomt in op mijn hoofd, scrolt van mijn gezicht, naar mijn schouders, over mijn borsten, buik, kruis door naar mijn tenen en weer even langzaam omhoog.
‘Leuk he? Die kan ik vanavond mooi aan mijn vrouw laten zien,’ zegt hij, steekt zijn hand uit en voor vele seconden schudden we de hand.