Nul = Alles
Overal zie je ze opduiken: de reliëfs van Schoonhoven, de waterzakjes van Henk Peeters en de zilveren glinsteringen van Heinz Mack. Waarom boeit het licht en de helderheid van de Zerobeweging (Duitsland), Nul (Nederland) en het Nouveau Réalisme (Frankrijk) ons plotseling in deze tijd weer, nadat er tientallen jaren weinig aandacht is geweest voor deze kunststroming?
Als we Karlijn Vlaardingerbroek moeten geloven, die een scriptie schreef over de hernieuwde belangstelling voor Nul, heeft dit mede als oorzaak dat de esthetiek van deze kunstwerken op meerdere wijzen strookt met wat wij in deze tijd beschouwen als mooi. Als je kijkt in woonmagazines zie je veel minimalistische, lichte leefruimtes waar de kleur wit een grote rol speelt, maar ook de ‘do-it-yourself’ trend waarin fietsbanden, conservenblikken en zelfs vorken een nieuw leven krijgen, heeft een relatie tot Nul en is in zekere zin te vergelijken met de kunstwerken van Jan Henderikse. Ik heb er soms wat moeite mee om de gepassioneerde levenskunstenaars van de Nulbeweging gelijk te stellen aan de knutselmeisjes van YouTube, maar het ‘gewoon mooi’ vinden van een werk past misschien wel in de vluchtigheid van onze huidige tijd. Een recensent van het NRC beschreef de ZERO tentoonstelling in het stedelijk met zijn helder wit en glanzend zilver als lopen door een Apple Store. Er moet toch onderkend worden dat Nulkunst een bepaalde aantrekkelijkheid heeft die overeenkomt met de vormgeving van veel van onze omgevingen en er hierdoor voor zorgt dat men deze kunst kan waarderen. Nul is hot.
Wat ook meespeelt in de opkomst van Zero is de inzet van de Zero Foundation die in 2008 in Düsseldorf, de geboorteplaats van Zero, werd opgericht en zich vanaf dat moment volledig richt op het in de aandacht brengen van deze Duitse kunstenaars.
Mattijs Visser trekt hier de kar, hij groeide op in een huis vol kunst van zijn oom en kunstenaar Henk Peeters. Toen dit neefje van een grote naam uit de Zerokunst in aanraking kwam met Peeters’ werk als kleine jongen vond hij het maar niks. Hij heeft zelfs gesneden in een kunstwerk om het, naar zijn idee, te verbeteren. De grap is wel dat dit precies is waar het de beweging om ging: ‘Het was ‘maar kunst’, net zo interessant als het dagelijks leven.’, aldus Visser.
Dit laatste is precies waar de aangewakkerde interesse voor deze nuchtere kunst vandaan komt. Het NRC, de Volkskrant en Karlijn Vlaardingenbroek zijn het hierover eens, de imperfecties en onregelmatigheden maken de kunst minder verheven dan veel andere kunststromingen en daardoor toegankelijker voor het grote publiek. De wereld nemen zoals deze is, daar ging het om in Zero, registreren van dat wat je ziet, zonder een duidelijke handtekening van de kunstenaar. De Zeroïsten zagen schoonheid in lopendebandwerk en massaproductie, ze zagen schoonheid in serialiteit met de werkelijkheid als materiaal.
De machines van de tijd van toen zijn geëvolueerd tot tablets en smartphones en bepalen ook onze tijd, maar een positieve benadering tot deze ontwikkelingen is soms ver te zoeken. We zijn overdonderd door onze eigen creaties en zien soms door de gigantische hoeveelheid beelden die aan onze ogen voorbijschieten niet meer de schoonheid in rust. En dat is wat Zero ons brengt in deze hectische tijden, een ‘zone van stilte en van pure mogelijkheden voor een nieuw begin’ sprak Otto Piene ooit. Het optimisme en de levenslust van Zero spat van kunstwerken af en verfrissen onze blik. Een helder, met zilver, goud en wit bedekt verleden lacht ons tegemoet, het levensfeest van Zero geeft ons lucht.
ZERO Let us explore the stars in het Stedelijk Museum Amsterdam is nog te bezoeken tot en met 8 november 2015.
Tot en met 14 februari 2016 is in Schiedam de schoonheid van Nul te aanschouwen in een tentoonstelling van Jan Schoonhoven in Nederland.