Niemand is de beste
“Ik heb een vrouw, een dochter van 27, een zoon en een hond. Ook heb ik een pincode. Nu weet je alles van me. Nee hoor grapje. Wil je een kauwgumpje? Oké dan niet, zelf weten. Kijk, hier zijn de vrouwtjes. Wist je dat wel? En hierachter ben ik opgegroeid, mooie buurt hoor, nu woon ik in Noord, daar mogen ze me begraven, zeg ik altijd maar. Ik ga er nooit meer weg. Het lijkt net alsof je buiten de stad woont, maar eigenlijk ben je zo midden in het centrum, ja mij mogen ze er begraven.
Mijn vrouw ook, zij werkt in het ziekenhuis, wij hebben een goede relatie samen. We gaan wel eens uit, gezamenlijk maar ook apart hoor. Daar doen we niet moeilijk over. Zij is niet zo’n iemand die dan als ik tot de late uurtjes doorga bij thuiskomst op haar horloge kijkt. Nee we laten elkaar vrij, ik zeg ook wel eens voordat zij de deur uit gaat, “goh schat, wat zie je er goed uit.” Dat moet gewoon kunnen. Zolang je maar duidelijke afspraken maakt. “Geen andere kutjes of pikjes.” Zo simpel is het. Oef, moet je kijken, daar bij de bushalte wat een schoonheid.
Maar zodra je een vriendje krijgt en hij je dingen gaat verbieden, weet je dat je pleite moet. Oh zijn we het huis al voorbij gereden? Je moet wel je mond open doen. Wat zeg je? Je moet harder praten, doe je mond open.
Ik zeg gewoon dat je mijn assistente bent oké? Eigenlijk ben je dat ook, dus hier neem deze tas, bel de meneer maar op en zeg dat we voor zijn deur staan.
Dit is Sytske mijn assistente. Ja een soort stage, een snuffelstage, zo kan je het wel noemen. Maar waar is ze? Wie ik bedoel? De Geiser natuurlijk! Sytske kom even hier, ik haal nu de kap er af zodat ik goed zie wat eraan mankeert. Och, ik zie het al, het is gewoon een kwestie van de batterij vervangen Heb je die niet? Dan moet je die halen, wij wachten hier als dat geen probleem is. Dan kan ik hem meteen vervangen en zien of er niet nog iets anders aan mankeert. Maar dat lijkt me niet hoor. Tot zo!
Wil je mijn vrouw zien? Ik heb wel wat foto’s van haar op mijn mobiel staan. Kijk, oh nee, dit is onze hond, oh en dit is mijn dochter. Hier is mijn vrouw, en hier, en hier, en hier nog een keer. Wat zeg je? Vind je haar mooi? Ben je bi ofzo? Niet? Waarom vind je haar mooi?
Hier weer mijn dochter, zij werkt ook in het ziekenhuis, in de verpleging. Zij heeft alles goed voor elkaar: een huisje, dat ik helemaal voor haar heb opgeknapt, en een spaarrekening. Zo nu en dan gaat ze er even tussenuit of pakt ze een feestje mee. Zoals dat gaat als je jong bent. Ik ga vaak met haar mee. Mijn dochter en haar vriendinnen hebben er geen moeite mee dat ik af en toe een feestje mee pik. Ze vinden het zelfs leuk! Dan zeggen ze, “hey ouwe, hoe gaat het?” Leuk is dat. Bijna altijd worden er snoepjes uitgedeeld en worden het lange onvergetelijke nachten. Nee mijn dochter heeft geen vriend, een vriendin. Ja dat was wel even slikken ja. Maar ik heb er geen problemen mee, totaal niet. Maar ik wil niet dat ze op mijn bank aan elkaar zitten. Dat hoeft nou ook weer niet, maar ik zei, “meissie, als jij gelukkig met een vrouw bent, ben ik dat ook.”
Zeg hoe oud ben jij als ik vragen mag? Zesentwintig? Ik dacht dat je omtrent de twintig was. Je had me dochter kunnen zijn. Je bent jong, hebt een vriend, dat is dus ieder weekend uitgaan met drank en drugs natuurlijk. Wat zeg je nou? Hoezo heb je die tijd wel gehad? Je bent zes-en-twintig, zes- en- twintig!!
Oké, oké.
Oké oké. Mag ik vragen wat je dan doet? Je hoeft niet zo gek te kijken hoor, we zijn gewoon aan het wachten in een ander huis en hebben een gesprek totdat die jongeman terugkomt met zijn batterijen.
Wel zonde, nu moet hij de batterijen en de rekening betalen omdat wij hier geweest zijn. Terwijl wat hebben we gedaan? De geiser uit elkaar gehaald en geconcludeerd dat er een nieuwe batterij in moet, dat kost hem dan honderdnegenzestig euro. Daar sta je van te kijken he? Maar zo werkt het systeem nou eenmaal, al moet ik zeggen dat ik het er niet echt mee eens ben, maar het gaat de baas om de poen. De rest is bijzaak.
Leuk huisje hoor. Vind je het stinken? Weet jij veel, misschien is de jongeman wel chronisch ziek en steekt hij daarom zijn eerste joint om negen uur s’ochtends op. Moet kunnen.
Maar vertel eens wat doe je dan in het dagelijkse leven?
Ah, daar zal je hem hebben. Je hebt meteen hele voorraad gekocht zie ik al, verstandig. De batterij erin, en kijk hij doet het weer. Sytske, schrijf jij de rekeningen maar vandaag, want dat doe je toch zo graag, schrijven?
We zijn te vroeg voor het volgende huis, maar ik weet wel wat in de buurt is. Ik zeg niet waar. Je bent wel een stille he? Sorry dat de muziek hard staat maar ik ben echt een fan van jazz. Wil je een kauwgumpje? Oké, dan niet, zelf weten.
Je zit meer in de auto dan dat je daadwerkelijk aan het werk bent. Ik werk hier nog niet zolang, hiervoor werkte ik voor een uitzendbureau, maar daar werd ik zo ongelukkig van, alles gaat online. Je moet tegenwoordig altijd maar online laten zien dat je de beste bent. Maar het punt is: niemand is de beste.
Ik werd het zo zat dat ik gewoon mijn CV langs bedrijven ben gaan brengen, en zo ben ik hier terecht gekomen. Ja zo ben ik dan wel weer.
Maar daarvoor, zeg maar voor het uitzendbureau, werkte ik voor een ander bedrijf, waar ik ontslagen werd. Zomaar, zonder reden, ik kan het nog steeds niet begrijpen en toen kwam er een rechtszaak. Je wilt niet weten wat voor gezeik daar allemaal bijkomt kijken. En veel geld. Ik zat negen maanden thuis. Dat was geen leuke tijd.
Waarom wil je iedere keer zo snel uit de auto? Rustig aan, alle tijd. Gatver wat een wind, het waait dwars door mijn lichaam. Moet je kijken, moet je die huizen zien, hier wonen mensen met centen. We zijn er, gaat u voor.
Goedemorgen, mag ik een zwarte koffie, een wit bolletje omelet en een wit bolletje tonijn? Zeg maar wat je wilt, bolletje kroket, frikandel of een kaassouffle. Je mag alles bestellen op mijn kosten. Van mijn part eet je de hele snackbar leeg. Alleen een koffie verkeerd? Oké, zelf weten. Oh je hebt al ontbeten, ik ontbijt nooit, ik krijg niks door mijn strot zo vroeg. Dat is gewenning, net als dat ik alles omreken, mijn dochter zegt wel eens, “pa, de tijden zijn verandert.” Ja denk ik dan, maar tegen sommige dingen kan je gewoon niets doen. Dat is pure gewenning. Mijn zoon wilde bijvoorbeeld altijd schoenen van een merk. Duur, duur dat het was! Juist als ik ging omrekenen, duizend gulden per schoen. Moet je nagaan als je een paar koopt en dan nog te bedenken dat hij in de groei zat!
Leuk hé die kat, zie je veel in Amsterdam. Kroegen hebben ook vaak een huiskat. Zo noemen ze dat, een huiskat.
Wat doet hij nou? Dit is toch geen gezicht? Kom we gaan, we gaan. Ja hallo, die kat van jullie likte over mijn bord. Wat?! Dan moest ik hem van de tafel halen? Als ik dat had gedaan had ik hem de straat op getrapt! Ja even betalen ja en nee niet tot ziens maar tot nooit!
Hier kan ik zo kwaad om worden, als je ze ergens op aanspreekt kunnen ze in eens geen Nederlands meer, doen ze alsof ze dom zijn, en maar binnen laten die buitenlanders. En wij maar betalen en betalen. Gatverdamme wat een wind, snel naar binnen.
Een goedemorgen, dit is Sytske mijn assistente. Mooi stekkie hoor, prachtig. Maar de badkamer, daar kom ik voor. Oh ja hoor doe vooral wat u moet doen, dan werk ik ook het best.
Kijk dan, kijk dan Syts, wat een stekkie. Alles kost hier wel wat. Maar wat prachtig.
Kom even naast me liggen. Hieronder zit een kraantje. Ik draai hem nu dicht zodat de badkamer geen water meer heeft. Wil je het zien? Hoezo geloof je het wel? Kom even naast me dan. Ik dacht dat je me zou helpen, het gereedschap wilde voelen. Ik kan zo opmaken of iemand wel of niet geschikt is voor dit vak. Maar jij wilt alleen maar kijken, nou goed dan.
Stel ik je voor als assistent, zit je hier in de keuken te schrijven. Wat moet die man wel niet denken. Kom, we moeten naar het volgende huis. Maar rustig aan, we hebben tijd over. Veel makkelijke klussen vandaag. Zo. Even op de Facebook. Daar zit ik vaak op in de auto. Nee, deze vrouw is geen familie, ik ken haar van een feestje. Daarna heeft ze me toegevoegd. Of ik haar, dat kan ik me niet herinneren. Ach, het zal ook wat. Ik denk niet dat je bekend bent met dit soort feestjes. Een seksfeest, waarom lach je zo hard? Het lijkt wel dat hoe later het wordt hoe wakkerder jij wordt.
Ik kan er niets aan doen maar mijn vrouw en ik houden gewoon van dat soort feesten. En latex zit lekker hoor, als een tweede vel. Daar weet jij niets van he, dat dacht ik al. Kauwgumpje? Dan niet.
Kom je wel eens in de kringloop? Waarom duur als het ook goedkoop kan, toch? Ja zo denk ik dan weer. Wat een goed nummer dit, sorry ik zet hem even wat harder. Ik wilde altijd saxofoon spelen, maar dat is er niet van gekomen! Wat?! Moet de muziek wat zachter?! Vooruit dan maar.
Al die gesluierde vrouwen, ik noem het geen geloof, ik noem moslims een sekte. Het is eng, onvoorspelbaar. Wat zeg je? Ach ga toch weg, zij zijn allemaal hetzelfde. Dat zie ik toch? Maar weet je wat het gekke is? Er zitten wel mooie vrouwen tussen! Dat zou je niet verwachten, mooie grote ogen. Goeie kop, wat zal eronder zitten? Wist je dat vrouwen met hoofddoeken veel geld uitgeven aan mooi ondergoed?
Kom we gaan hier naar binnen, weet je ook weer dat hier een Kringloop zit. Mijn hond is geopereerd, al jaren geleden hoor, maar dat is helemaal verkeerd gegaan en nu is hij incontinent. Veel gedoe gehad met de dierenarts. Heel vervelend, maar daarom koop ik op zijn tijd een nieuw kleed. Niet nieuw nieuw, maar nieuw van de Kringloop, het kleed gaat daarna toch rechtstreeks bij het oud vuil. Hier is een goed kleed, even vragen hoeveel het kost.
Ik heb alleen maar contant mevrouw! Waar is mijn pinpas?! Je kan hier alleen maar pinnen! Hoezo alleen nou pinnen? Waar heb ik mijn pinpas nou? Het is niet te geloven. Ik ga even naar buiten.
Mijn pinpas lag in de auto, Sytske waar ben je? Kom! We gaan. Nu! Tien euro kostte dit, wat een geldklopperij. Straks kan ik nog beter naar een nieuwe winkel.
Ben je hier verderop wel eens geweest? Je kunt er koper dumpen in ruil voor geld. Kom lopen we even naar binnen, ik heb nog wel wat in de auto liggen.
Veel mensen gooien oude kranen weg, als ik ze vervang bewaar ik de oude, zij weten toch niet dat het geld oplevert. Nu heb ik maar weinig koper, zie je. Omdat ik het meestal opspaar tot kerst, en dat is net geweest. Maar het werkt goed hoor als extra zakcentje. Dan neem ik mijn vrouw mee uiteten via Groupon, of boeken we een hotelletje. Ja wij hebben het echt goed met elkaar, niets te klagen.
Kijk ze hebben hier ook kleine mannetjes! Hallo klein mannetje! Hier wegen ze de opbrengst. En dan wordt hier alles geschift en in containers opgeslagen. Kan je dit ook weer in je verslag verwerken.
Krijg ik net een telefoontje dat het huis dat op de planning staat, is overgenomen door een collegaatje, hij was toch al in die buurt. Kom de auto in.
Kauwgumpje? Zelf weten. We gaan naar de zaak, kijken we of er een extra bon binnengekomen is, het is erg rustig vandaag, wat jammer voor jou is. Meestal moet ik me haasten. Iedere dag is verschillend, dat maakt dit werk ook zo leuk. Ga je nog eens wat over jezelf vertellen, of ben ik degene die aan het woord is? Heb je een broer, zus enzovoort. Oh ook een broertje? Hoe oud is hij, en hij woont nu al op kamers? Je ouders hadden er genoeg van? Vrijwillig, oh. Oh is dat een gewoonte bij jullie? Mijn zoon is net zo oud dan jou en hij woont nog lekker bij ons. Van mijn part mag dat nog jaren duren. Vind je dat ongehoord? Krijg je een grote mond? Geintje.
Moet je dat zien, wat een bovenbenen. Eigenlijk is het zielig, vrouwen met dikke bovenbenen. Daar kunnen ze meestal niets aan doen, en maar lijnen en maar lijnen, maar ze verliezen geen grammetje.
Wacht jij hier? Ik ga even naar de baas, je kan gewoon koffie pakken. Nou mijn baas zei dat de bonnen op zijn, dus ik denk dat je zo naar huis kan. Ik blijf op de zaak. Of ik geen vrouwelijk collega’s heb? Dit is nou eenmaal geen vrouwenberoep, ook al leven we in 2015, zulke beroepen blijven van mannen. Ten eerste is het werk te zwaar voor de vrouwtjes en ten tweede, je moet gewoon sterk in je schoenen staan. Ik bedoel, mannen willen vrij zijn. Vrij denken. Als er een vrouw in de omgeving is, ja dan moeten we ons toch inhouden, rekening houden. We voelen ons in het bijzijn van een vrouw in een mannenwereld als het ware gevangen. Begrijp je? En soms, heel soms probeert een vrouw wel eens binnen dit wereldje te komen, maar dan ziet ze eruit als een vent of ze is zo weer weg. We leven in het jaar 2015, het is nu geen vrouwenwereld en zal het ook niet worden.
Maar goed, ik vond het een leuke dag met je. Eerst vond ik het zo leuk dat je met me mee ging, zoals ik al zei, zie ik altijd zo bij stagiairs of ze het vak in de vingers hebben. Maar toen jij je niet interesseerde in mijn werkzaamheden, dacht ik wel even, dit is gek. Dit heb ik nog nooit meegemaakt. Maar toen viel het reuze mee. Jij liep gewoon mee om te kijken hoe een dag van een loodgieter eruit ziet. Zo is het toch?
En gelukkig mogen we elkaar. Ik bedoel het had ook maar zo gekund dat ik jouw niet mocht en dat ik dacht, nu moet ik nog een hele dag. Of andersom, dat zou natuurlijk ook kunnen.
Kom, nog even samen op de foto, is leuk. Ab, druk nog maar een paar keer op de knop. Eens even kijken, je staat er goed op, wat een big smile, inzoomen, lange benen heb je, wat een grote meid ben je eigenlijk. Dat had ik nog niet gezien. Ik bewaar ze, kan ik het aan mijn vrouw laten zien. Vindt ze vast leuk!”
Kunstenaar en schrijver Sytske van Koeveringe loopt mee met beroepen waar ze dagelijks mee te maken heeft, zowel in menselijk contact als van de diensten waar ze gebruik van maakt. Haar fascinaties zijn vooroordelen, verhoudingen, en de vanzelfsprekendheid in en rond het werkgebied. Momenteel zit ze met dit project bij het Letterenfonds. Lees hier de rest van de verhalen op haar blog