Mystiek en verzet
Eén van de meest bruisende kunstwerken in de binnenstad van Rotterdam is een wonderlijke, horizontale fontein in de Westersingel. Het is een kunstwerk van Job Koelewijn dat een eindje met je meebeweegt als je van het Centraal Station langs het water de stad in wandelt. Een rij letters komt als luchtbelletjes uit de diepte. Bubbelend en gorgelend, soms stokkend, vormen ze een lange tekstregel die met je meeloopt. Als je eenmaal weet wat er staat, zijn de vierkante letters gemakkelijk te herkennen. Alleen de eerste keer dat ik ze probeerde te lezen, was het even puzzelen. Maar intussen is dit kunstwerk er al zestien jaar. Job Koelewijn heeft het gemaakt in 2001. De opborrelende letters vormen de volgende zin:
No Matter, Try Again, Fail Again, Fail Better.
Het is een citaat van de Ierse schrijver Samuel Beckett. Te vertalen als ‘Geeft niks. Probeer ‘t opnieuw. Faal opnieuw. Faal beter.’ Ik heb dit altijd een fascinerende, bezwerende regel gevonden, juist omdat het geen formule is die gegarandeerd succes belooft. Het is een motto dat bij alles wat er aan het leven mankeert – je fouten, struikelpartijen en misverstanden – motiveert om vol goede moed door te gaan. Desnoods tegen beter weten in; zoals bij Laurel en Hardy: als zij de taart die op hun gezicht afzeilt weten te ontwijken, vallen ze alsnog over hun eigen voeten of die van elkaar. Dat heeft iets relativerends. Als je kunt lachen wordt alles lichter en zelfs hoopgevend. Waarmee niet gezegd is, helaas, dat er altíjd wat te lachen valt.
Sinds enkele jaren staat aan de overkant van het water de nieuwe Pauluskerk, een gebouw van de Britse architect Wil Allsop. Het heeft een futuristisch uiterlijk, veelzijdig als een diamant, rondom bedekt met koperen gevelplaten en doorsneden met driehoekige ramen. De vroegere Pauluskerk werd in de jaren tachtig, toen dominee Visser aan het roer stond, befaamd en berucht als opvang voor drugsverslaafden. Na de opening van de nieuwbouw in 2013 door burgemeester Aboutaleb, is dat beeld verschoven. Drugsgebruik in de kerk is nu taboe. Wel is en blijft het een toevluchtsoord voor daklozen en – steeds meer – ook voor vluchtelingen en asielzoekers die hulp nodig hebben. De kerk wil graag een verlengstuk van de openbare ruimte zijn. Bij binnenkomst heeft de hal iets van een overdekt plein, met een straatnaambordje dat dominee Visser eer bewijst. Zijn motto wordt hier hoog gehouden: ‘Overwin het kwade door het goede’.
Speciaal voor deze ruimte heeft Marieke van der Lippe, filmmaker en kunstenaar uit Rotterdam, in 2015 een kunstwerk gemaakt op uitnodiging van de Pauluskerk en de huidige dominee Dick Couvée. Dit kunstwerk is altijd te zien als de kerk open is. Het verrijst boven de informatiebalie, als een drieluik, een klassiek altaarstuk met een middenpaneel en twee zijluiken. Over die drie panelen strekt zich een film uit, soms in delen, dan weer als één langgerekte opname. Er glijden beelden voorbij die de Pauluskerk in vele schakeringen portretteren, als opvallend gebouw en een uitwijkplaats in het grote-stadslandschap van Rotterdam. Maar ook krijgen afzonderlijke bezoekers een gezicht en wordt de kerkelijke missie opgeroepen. Dat gebeurt op een beeldende en poëtische manier. Soms via overpeinzingen, zoals op de afbeelding te zien is, tegen de achtergrond van een bevroren waterspiegel op de Westersingel. Een boom werpt zijn slagschaduw over het ijs en tegen die kouwe blauwe duisternis verschijnt een tekst van Jana Beranova: ‘Wij die van wanten weten, trekken dikke huiden aan, en sluiten de wereld winterhard buiten’.
Dit citaat komt uit het gedicht ‘Hedendaagse Elegie’, wat klaagzang betekent, en het raakt aan het thema van het drieluik. Binnen of buiten zijn; binnen of buiten wonen, dag en nacht, uitgesloten zijn of toegelaten worden, erbij horen of op grenzen en muren stuiten en dan een woord als ‘inburgeringscursus’ moeten leren uitspreken of, eerder nog, de juiste papieren moeten overhandigen om überhaupt op zo’n inburgeringscursus toegelaten te worden. En andersom: wie zich veilig weet, wie binnen is, sluit die de winterharde wereld buiten? Of blijven we nog gevoelig voor elkaar?
Het kunstwerk van Marieke van der Lippe heet Mystiek en Verzet. Het is vernoemd naar een boek van de theologe Dorothee Sölle, dat een belangrijke inspiratiebron is voor dominee Couvée. Het verzet in de titel van dit boek én in het drieluik is een verzet tegen maatschappelijke ongelijkheid; tegen onrecht, armoe, geweld en onverschilligheid. De mystiek kan schuilen in religieuze ervaringen, maar dat hoeft niet. Wat telt is om te beginnen onze alledaagse verwondering over de wereld; een open oog voor de betoverende glans van lichtspikkels in de nacht of een wolk van bloesem in de bomen; een open oor voor elkaar en onze eigen muziek, de menselijke macht iets moois te maken; iets goeds.
Van der Lippe wisselt dromerige beelden af met journalistiek getinte portretten. Ze laat flarden orgelmuziek uit de Pauluskerk weerklinken, afgewisseld door stemmen van asielzoekers en hulpverleners. Haar werk is tegelijkertijd een documentaire en een gedicht.
Het is met al zijn tegenstrijdigheden pijnlijk ontroerend. Rotterdam komt glorieus voorbij, met de Pauluskerk die in de Westersingel spiegelt, maar ook met de Erasmusbrug, de Markthal en het Centraal Station, iconische architectuur die geroemd wordt door nieuwkomers die hier graag willen blijven. ‘Rotterdam is héél mooi, vele mensen zijn vriendelijk, het station is een heel mooi gebouw’, zegt één van hen. En een ander: ‘Ziet u de zon? Die volgt mij, overal waar ik ga!’ Maar tegenover die grootse, weidse en vrije uitstraling van de stad die zich ook in de 21ste eeuw beroept op het vrijheidsdenken van Erasmus, staan veel wetten, regels en een papierwinkel waar asielzoekers soms op stuklopen.
‘In Somalië telt je gezicht, hier je identiteitsbewijs’, verzucht één van hen, terwijl de meeuwen krijsend overvliegen. En even later hoor je: ‘Uiteindelijk ben ik in een boedelbak gaan slapen.’ Nog weer een ander krijgt van een hulpverleenster overdreven luid en duidelijk te horen, in klare Nederlandse taal, dat hij het anders aan moet pakken. Op de toon van een onderwijzeres tegen een hardleers kind zegt ze: ‘U spreekt op een filosofische wijze. Op die manier gaat uw asielprocedure niet op een succesvolle manier verlopen.’
Marieke van der Lippe laat beide werelden zien: die van de pijn en die van de hoop, die van het verlangen en die van de wanhoop, dat wat er borrelt en bruist achter de gevels én in de omgeving van de Pauluskerk, tot in het water aan toe. Met alle gemengde reacties die dat oproept.
Wilma Sütö voor Rotterdam Late Night, 2 november 2017