Carmen van Bruggen

Ironische vrijheid – met filosoof Ronald Hünneman naar het werk van Olga Wiese

Interview
14 september 2023

Samen met filosoof Ronald Hünneman kijkt Carmen van Bruggen naar het werk van Olga Wiese in Museum De Buitenplaats. In de stad Groningen is Wiese een fenomeen – al ruim zestig jaar maakt ze olieverfschilderijen en wandschilderingen in groot formaat van fantasierijke taferelen – maar buiten Noord-Nederland is Wiese nauwelijks bekend. Ook Hünneman kent haar werk niet. Daar moet verandering in komen.

Je ligt op je rug en kijkt omhoog. Een groep van ongeveer vijftien mensen buigt over je heen, waardoor je een krans van gezichten ziet. Allemaal kijken ze je aan: niet bezorgd, niet verdrietig, maar met een dikke grijns. Daarachter een bont geschilderde gele lucht. Het is een scène op een schilderij. Als je ervoor staat, ben jij degene die naar de grijnzende gezichten kijkt. De titel van dit werk:View from the grave. Kunstenaar: Olga Wiese.

Olga Wiese – View from the grave.

In de stad Groningen is Olga Wiese (1944) een fenomeen. Haar werk is permanent te bewonderen, in Café De Sigaar, Café Wolthoorn & Co en het Universitair Medisch Ziekenhuis. Al ruim zestig jaar maakt ze olieverfschilderijen en wandschilderingen in groot formaat van fantasierijke taferelen. Daarop zijn mensen te zien die je kunt typeren als outcasts of gekken. ‘Kneuzen’, noemt Wiese ze zelf. Buiten Noord-Nederland is Wiese nauwelijks bekend. In 1991 werd dit al aangekaart in de NRC. De reden zou de gebrekkige aandacht van de ‘landelijke media’ voor alle cultuur buiten de randstad zijn. Het NRC-bericht is dan ook een van de weinige niet-regionale besprekingen van haar werk. Museum De Buitenplaats heeft Wieses werk altijd omarmd. In 2011 organiseerde het museum een solotentoonstelling en nu is ze er te zien als onderdeel van de tentoonstelling Vrouwen van De Buitenplaats.

Ik bezoek de tentoonstelling, met twintig recente schilderijen van Wiese, met filosoof Ronald Hünneman. Ook hij is een begrip in Groningen. Hij schuift geregeld aan bij de lokale radio, maakt stand-up-filosofie-voorstellingen en geeft lezingen en cursussen door het hele land. Bij de ingang wordt hij direct herkend door een cursist. ‘Warm hè?’ zegt de cursist. ‘Voor mij is het eerder frisjes’, antwoordt hij opgewekt. Laat het duidelijk zijn dat hij van hete zomers in Spanje houdt. Hij is zelfverklaard ‘Aphroditisch hedonist’ waar hij ook een essay over schreef en heeft op wonderbaarlijke wijze nog nooit van Olga Wiese gehoord. Dat moet veranderen, vindt hijzelf ook. 

We lopen langs de uit het hoofd geschilderde figuren, die zo typerend zijn voor Wiese. Soms staan we stil, wisselen we associaties uit, praten we over filosofie, kunst en kunstgeschiedenis, om vervolgens weer beter te kijken.

Zo belanden we bij View from the grave. ‘Dit is veel interessanter dan een schilderij waarop mensen om je rouwen,’ zegt Ronald. ‘Het schilderij laat je voelen dat jouw dood niet voor iedereen een ramp hoeft te zijn, zelfs niet voor je naasten. Ze kijken je glimlachend aan.’ ‘Je bent zelfs lachwekkend’, kan ik opmaken uit de gezichten. Hoewel dit enerzijds een pijnlijke constatering zou kunnen zijn, heeft het ook iets bevrijdends. ‘Wie niet serieus genomen wordt hoeft ook niet aan allerlei maatschappelijke standaarden te voldoen’, waarop Ronald een lied van cabaretier Freek de Jonge citeert:

Wat fijn
Die idioot te zijn
Zo lelijk als de nacht
Die met een grote bek
Spot met elk gebrek
Wie maakt je wat
Zolang de wereld om je lacht 

Olga Wiese –The brothers and sisters and me.
Olga Wiese – Cousin Pip.
Olga Wiese – Mommy and daddy.

Voor Cousin Pip valt er weinig te lachen. Ze is onderdeel van de serie My family: een reeks portretten die allemaal een familieaanduiding hebben zoals ‘cousin’, ‘the grandkids’ of ‘mommy’s sister’, maar waarvan Wiese in het midden laat of die op haar eigen familie gebaseerd zijn. Cousin Pip gaat gebukt onder een zware last, die bij nadere inspectie uit lucht lijkt te bestaan. Psychologische ballast, zo lijkt het, verbeeld als een uit elkaar vallende zeppelin. ‘Het is alsof haar verleden haar vormt’, zegt Ronald. Hij vertelt over zijn vader. Die had alle redenen om gebukt door het leven te gaan. Hij overleefde een Jappenkamp, huiselijk geweld en vele situaties van discriminatie. ‘Toch hebben mijn broers en ik daar nooit iets van gevoeld. Hij moet een enorme wil hebben gehad om te voorkomen dat wij geen tweede generatie slachtoffers zouden worden.’

Op het schilderij Cousin Fly, loved by the monks sleuren twee kale monniken in zwarte gewaden een doodsbang jongetje mee. Aan zijn voeten: gele kinderlaarsjes. De titel in combinatie met de scène roepen direct de schandalen van misbruik in de katholieke kerk op. Vanuit een sterk kikvorsperspectief lijken de monniken imposant en goddelijk. Ze slepen Cousin Fly rechtstreeks de hemel in. Of is het de hel?

Mommy and daddy zijn weergegeven als mens en aap. ‘Al heeft de aap wel een menselijk lichaam’, ziet Ronald direct, ‘geen beharing.’ Hij is fan van apen, in de gedragsbiologie en in de kunst. Net als op het schilderij View from the grave, kijken de figuren je als bezoeker recht aan. Hun blikken zijn die van ouders naar hun volwassen kind. De moeder kijkt bezorgd en ziet er uitgeput uit. Ronald vult in: ‘Trek nou iets nets aan, jongen, zo kan je niet de straat op.’ De vader – de aap – heeft een open blik met een blauw en een groen oog. Een blik die zegt ‘doe maar je ding’, stel ik op mijn beurt, maar ook ‘ik trek mijn handen ervan af’. Apen laten zich niet zomaar beperken, zegt Ronald, of zoals Michel Onfray zou zeggen: ‘die zouden gerust gaan zitten masturberen op het schoolplein’. 

Olga Wiese – Cousin Fly, loved by the monks.

Wat ons opvalt is dat de schilderijen technisch zo goed zijn – denk aan verhoudingen, materiaalbeheersing en composities. Olga omschrijft zichzelf als ‘tekenend schilder’ en laat een enorme virtuositeit zien in mooi gevormde handen en kronkelende lichamen. Het is soms bijna barok zoals op het werk Into Panamarenko’s Paradise waar naakte mannen als cherubijnen door de ruimte zweven – een duidelijke verwijzing naar de Belgische beeldhouwer Panamarenko die geobsedeerd was door het vliegen. Andere werken doen aan de Portugese schilder Paula Rego denken. Net als bij Rego verschijnen mensen op het doek als honden of apen. Wieses werk heeft ook dat ruige van Rego.

Hoewel haar werk toegankelijk is, doordat er aanwijzingen in te vinden zijn – zoals een speldje op de borst van een doorgedraaide man dat doet vermoeden dat hij ooit belangrijk is geweest, spreekt er nooit een duidelijke boodschap uit. Integendeel, vindt Ronald, die haar werk ironisch noemt. 

Ironie is een terugkerend begrip in zijn filosofische werk, uitgewerkt in het boek Pijnlijke Contacten (2021). Hier heeft hij het over verschillende ordes in perspectieven. Ronald legt uit:‘Je kunt naar een schilderij kijken en je afvragen of jij het mooi vindt, dat noem je eerste orde. Je zou je daarnaast kunnen afvragen wat de kunstenaar bedoelt of wil zeggen met een werk, dat is tweede orde, je denkt na over de gedachten van de kunstenaar. Maar, je kunt je ook afvragen hoe de kunstenaar met het werk jouw gedachten wil ondermijnen of bevragen, dat is derde orde.’
Voor Ronald dwingen Wiese en De Jonge hem na te denken over de onzinnigheid van zijn gedachten. ‘Dat is ironie: een werk dat je aanzet je eigen overtuigingen te betwijfelen, je eigen ervaringen in een nieuw licht te bezien.’ Ronald onderscheidt ironie van spot. Spot is een vorm van overdrijving die je makkelijk weer in kan trekken (‘joh, ik bedoelde dat niet zo, ik overdreef’). Ironie daarentegen maakt je kritisch over je al te gemakkelijke waarheden. Het laat je om jezelf lachen. Cousin Pip kan je laten nadenken over de wijze waarop je met je trauma’s omgaat. Is het nodig dat je gebukt gaat onder een zeppelin? Of neem het schilderij Mommy and daddy. ‘Trek je die rok aan omdat je moeder dat, zelfs na haar dood, nog van je vraagt? Het werk van Wiese geeft mij de mogelijkheid hierover na te denken. En dan maakt het mij niet uit of Wiese dat werkelijk zo bedoeld heeft of niet.’

Deze zelfkritische houding mist Ronald in een maatschappij waarin we ‘de hele tijd op zoek moeten naar onszelf, moeten reflecteren en autonoom zijn’. Hij kijkt vol verbazing naar hoe mensen zichzelf via hun seksualiteit, kleur, verleden of afkomst definiëren. In tegenstelling tot een ironische houding, is het definiëren en daarmee vastleggen van de eigen identiteit een bloedserieuze aangelegenheid, ‘anti-ironisch’. ‘Het risico daarvan is dat je jezelf opsluit in een essentie. Je verliest de vrijheid om je leven vorm te geven, zonder dat je rekening hoeft te houden met wie je nu eigenlijk bent.’ Ronald bouwt hier voort op wat de filosoof Else Barth (1928-2015) de ‘logica van lidwoorden’ noemt. Hier betekent dat dat je jezelf als het ware opsluit in een categorie zoals man, Indo, Marokkaan, non-binair of filosoof. Daarmee verlies je veel mogelijkheden om jezelf vorm te geven. Je levert vrijheid in om duidelijkheid te krijgen over jezelf, maar, laten Wiese en De Jonge aan Ronald zien: die duidelijkheid heb je helemaal niet nodig.

Olga Wiese – Into Panamarenko’s Paradise.
Olga Wiese – The grandkids: Brutus and Brenda.
Olga Wiese – Doggy Buddha.

In het NRC-stuk dat ik eerder noemde, haalt Wiese de tekenaar van Little Nemo (Winsor McCay) aan als inspiratiebron. Over zijn strips zegt ze: ‘Alles wat je denkt te zien, verandert op het volgende plaatje steeds weer. Mannen blijken vrouwen, gebouwen worden levende wezens, een krokodillemuil wordt een troon. Dat spreekt me aan’. Kortom: fluïde categorieën. We staan nog eens stil bij iets dat ons eerder opviel: Wieses figuren hebben lang niet altijd een duidelijk gender. Het lijkt voor het begrijpen van haar schilderijen niet nodig om te weten hoe iemand zich identificeert – los van dat dat een onmogelijke exercitie zou zijn. En omdat ook andere categorieën fluïde zijn – zoals mens en dier – wordt gender zelfs een bijzaak. Maar is dit een opluchting of een bedreiging voor de kijker die sterk aan pronouns hecht of juist aan klassieke genderrollen? Ik hoop het eerste.

‘Als mijn vader nu had geleefd’, beseft Ronald, ‘dan had hij misschien zijn hele leven bij een psycholoog gelopen’. Met andere woorden: zijn verleden zou hem hebben klemgezet zoals Cousin Pip. Tegelijkertijd geeft Ronald toe dat in een maatschappij waar mensen zichzelf en elkaar definiëren met behulp van begrippen (de filosoof Sartre beschrijft dit als ‘de hel’), het een vorm van emancipatie kan zijn om jezelf andere begrippen toe te dichten dan de mensen om je heen je opleggen. Maar, de grootste vrijheid om jezelf vorm te geven ontstaat volgens hem in de ironische zelfspot, wanneer je die door anderen opgelegde begrippen weer van je af kunt werpen.

Zoals bij View from the grave. ‘Daar lig je dan in je graf, je hele leven serieus op zoek geweest naar jezelf’, stelt Ronald lachend, ‘daarom is het zo fijn om idioot te zijn!’ 

———

De tentoonstelling Vrouwen van De Buitenplaats is nog tot en met 29 oktober te zien in Eelde.

Advertenties

Ook adverteren op mistermotley.nl ? Stuur dan een mail naar advertenties@mistermotley.nl

#mc_embed_signup{ font:14px Riposte, sans-serif; font-weight: 200; } #mc_embed_signup h2 { font-size: 3.6rem; font-weight: 500 } #mc_embed_signup .button { border-radius: 15px; background: #000;} #mc_embed_signup /* Add your own Mailchimp form style overrides in your site stylesheet or in this style block. We recommend moving this block and the preceding CSS link to the HEAD of your HTML file. */

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

* verplicht
Email formaat
(function($) {window.fnames = new Array(); window.ftypes = new Array();fnames[0]='EMAIL';ftypes[0]='email';fnames[1]='FNAME';ftypes[1]='text';fnames[2]='LNAME';ftypes[2]='text'; /* * Translated default messages for the $ validation plugin. * Locale: NL */ $.extend($.validator.messages, { required: "Dit is een verplicht veld.", remote: "Controleer dit veld.", email: "Vul hier een geldig e-mailadres in.", url: "Vul hier een geldige URL in.", date: "Vul hier een geldige datum in.", dateISO: "Vul hier een geldige datum in (ISO-formaat).", number: "Vul hier een geldig getal in.", digits: "Vul hier alleen getallen in.", creditcard: "Vul hier een geldig creditcardnummer in.", equalTo: "Vul hier dezelfde waarde in.", accept: "Vul hier een waarde in met een geldige extensie.", maxlength: $.validator.format("Vul hier maximaal {0} tekens in."), minlength: $.validator.format("Vul hier minimaal {0} tekens in."), rangelength: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1} tekens."), range: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1}."), max: $.validator.format("Vul hier een waarde in kleiner dan of gelijk aan {0}."), min: $.validator.format("Vul hier een waarde in groter dan of gelijk aan {0}.") });}(jQuery));var $mcj = jQuery.noConflict(true);

Meer Mister Motley?

Draag bij aan onze toekomstige verhalen en laat ons hedendaagse kunst van haar sokkel stoten

Nu niet, maar wellicht later