“Kunst is een oefenterrein voor empathie” – in gesprek met Olivia Laing
Een interview over het boek Iedereen een lichaam
Hoe zien we ons lichaam in de huidige samenleving? Wat is haar kracht en wat maakt haar kwetsbaar? Hoe machtig of onmachtig is zij? In de serie Lichaam en (on)macht gaan Mister Motley en ArtEZ studium generale dieper op dit onderwerp in. In dit interview praten Joke Alkema en Lieneke Hulshof met de Britse auteur Olivia Laing. In haar boek Everybody onderzoekt ze wat het betekent om een lichaam te hebben aan de hand van haar eigen ervaringen en de levens van een aantal fascinerende denkers en makers uit de twintigste eeuw. Dit boek is onlangs naar het Nederlands vertaald door Henny Corver en is uitgegeven door Atlas Contact onder de titel: Ieder een lichaam.
Het boek Ieder een lichaam geeft een uitgebreid, historisch en ook persoonlijk overzicht van veel theorieën en ideeën die er bestaan over het lichaam. Olivia Laing behandelt onderwerpen als het zieke lichaam, het seksuele lichaam en het gemarginaliseerde lichaam. Welke kracht heeft het lichaam en kan het lichaam kwetsbaar zijn? Zij kijkt naar het werk van vele kunstenaars zoals de Cubaans-Amerikaanse performancekunstenaar Ana Mendieta (1948-1985), schrijfster, filosoof en activist Susan Sontag (1933-2004), de Amerikaanse singer-songwriter, pianiste en activiste Nina Simone (1933- 2003), de Amerikaanse radicale feminist en schrijfster Andrea Dworkin (1946-2005) en vele anderen. De hoofdpersoon in haar boek is de fascinerende, maar tegelijk ook droevige figuur William Reich (1) (1897-1957). Hij was een leerling (en later afvallige) van Freud, schreef in 1920 het boek The Sexual Revolution, ontwikkelde de orgone – een soort doos waarin mensen konden zitten om hun gezondheid te verbeteren – en stierf in een Amerikaanse gevangenis. Het levert genoeg stof op voor een interview, waarin Laing meer inzicht geeft in haar motivatie voor het boek, haar keuze voor de besproken kunstenaars en wetenschappers en haar ideeën over waarom we het anno 2021 moeten hebben over het kwetsbare lichaam.
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Waarom wilde je dit boek in deze tijd schrijven?
Olivia Laing
“Vaak sluit ik een boek af met een onbeantwoorde vraag die me naar het volgende boek leidt. Toen ik The Lonely City af had, realiseerde ik me dat ik steeds weer uit kwam bij kwesties over lichamen: seksuele lichamen, zieke lichamen, afwijkende lichamen, protesterende lichamen, lichamen in crisis. Tegelijkertijd stond het nieuws ook vol met verhalen over lichamen in gevaar. 2015 markeerde het begin van de vluchtelingencrisis en de wereldwijde opkomst van extreemrechts, die leidden tot de Brexit en de verkiezing van Donald Trump tot president van de Verenigde Staten. Ik wilde begrijpen waarom bepaalde lichamen worden gestigmatiseerd en onderworpen aan geweld en ik wilde ook mijn onderbuikgevoel onderzoeken; dat hoewel ons lichaam erg kwetsbaar is, het ook een gemeenschappelijke bron van kracht vormt. In de vijf jaar die volgde schreef ik over de grote vrijheidsstrijd van de twintigste eeuw, waarbij ik lichamelijke kwesties als ziekte, seks, geweld, opsluiting en burgerlijke ongehoorzaamheid onderzocht. Ik wilde begrijpen waarom we weer op zo’n hachelijk punt zaten en wat we eraan konden doen.”
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Je begon zogezegd je onderzoek voor dit boek in 2015. En toen, in 2020, was er een wereldwijd virus dat op alle lichamen wereldwijd invloed had. Illustreert ons lichaam tijdens de pandemie thema’s die je al een tijdje aan het onderzoeken was – en zo ja, welke zijn dat?
Olivia Laing
“Ja absoluut. Het was heel vreemd om een boek over macht en kwetsbaarheid af te maken net toen de pandemie begon, met zijn wereldwijde illustratie van hoe kwetsbaar ons lichaam is. Ik denk dat het mensen echt heeft laten zien hoe verbonden we met elkaar zijn. We zijn poreus en onze sociale en economische levens zijn wereldwijd veel meer verweven dan we ons misschien realiseerden. We zijn afhankelijk van de arbeid van onzichtbare lichamen en ik denk dat de pandemie die relaties veel zichtbaarder heeft gemaakt. Tegelijkertijd groeide ook de wereldwijde Black Lives Matter-beweging. Om de demonstranten te zien samenkomen in gemeenschappelijke demonstraties tegen politiegeweld, allemaal gemaskerd om elkaar te beschermen tegen het virus: dat was heel ontroerend. Na vijf jaar te hebben geschreven over de vrijheidsbewegingen van de vorige eeuw, is het duidelijk dat de strijd voor lichamelijke vrijheid nog niet voorbij is.”
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
In 1920 waren William Reichs ideeën groot en populair. Het is bekend dat zijn werk voor velen een inspiratiebron is geweest. Vandaag de dag is zijn werk nog steeds relevant. Wat is er zo interessant aan zijn studies als we het hebben over de kracht en kwetsbaarheid van het lichaam? Waarom heb je hem gekozen als de leidende figuur in je boek?
Olivia Laing
“Het was niet mijn bedoeling om Reich zo’n grote rol in het boek te geven. Maar hoe meer ik onderzocht, hoe meer ik me realiseerde dat hij alle gebieden die ik wilde verkennen met elkaar verbond. Hij was betrokken bij seksuele bevrijding, hij had nagedacht over ziekte en geweld, hij was een antifascistische activist in het Berlijn van Hitler, die uiteindelijk stierf in een gevangeniscel in het Amerika ten tijde van McCarthy1. Zijn leven omspant continenten en verbindt diverse culturele figuren die over ons lichamelijke leven hebben nagedacht, van Freud tot Sontag tot Baldwin. Daarom gebruikte ik hem als centrale figuur in Everybody. Ik was het niet eens met al zijn ideeën, maar vond dat de manier waarop hij werd gestraft ook veelbetekenend was – hij stond me toe te onderzoeken hoe de mensen die zich verzetten tegen de meest schadelijke elementen van onze cultuur, er ook buitengewoon kwetsbaar voor zijn en er door worden beschadigd. Ik denk dat dit voor veel andere mensen in het boek het geval is, van Andrea Dworkin tot Nina Simone.”
Hij stond me toe te onderzoeken hoe de mensen die zich verzetten tegen de meest schadelijke elementen van onze cultuur, er ook buitengewoon kwetsbaar voor zijn en er door worden beschadigd
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Reich werd bekend door zijn boek The Sexual Revolution, dat hij al in de jaren ‘20 van de vorige eeuw schreef. Hij geloofde dat men vrijheid kon ervaren door vrije en taboe-vrije seks. Kun je uitleggen hoe hij dat voor ogen had en waarom die gedachte generaties later nog steeds waardevol kan zijn?
Olivia Laing
“Reich geloofde dat seks een van de beste manieren was voor het lichaam om haar te ontdoen van haar lasten en de pijn en het trauma uit het verleden los te laten. Trauma waarvan hij dacht dat het in het lichaam was opgeslagen. Tegelijk wist hij ook dat seks een intens politieke daad is, die gepaard gaat met allerlei verboden en regels. Het is deze laatste boodschap, die volgens mij verloren is gegaan. Na zijn dood werden Reichs theorieën overgenomen door veel mannelijke schrijvers en denkers, die zijn boodschap van seksuele vrijheid omarmden zonder het politieke aspect van zijn werk echt te begrijpen. Reich was niet alleen voorstander van geweldige orgasmes. Het belangrijkste om te weten over zijn visie op seksuele vrijheid is dat het sterk in strijd was met het patriarchaat. Reich was het kind uit een gewelddadig huwelijk. Zijn moeder had een affaire en toen zijn vader erachter kwam, onderwierp hij haar aan gewelddadige mishandeling totdat ze zelfmoord pleegde. Reich wist –uit eigen ervaring– wat er gebeurt met vrouwen die seksueel vrij gedrag vertonen. Hij wist dat de risico’s van seks niet gedeeld worden. Hij wist dat toegang tot abortus cruciaal is en dat informatie over anticonceptie en soa’s nodig is voor vrouwen om seksueel vrij te kunnen zijn. Bovenal kende hij het soort straf waarmee vrouwen worden geconfronteerd. Zijn droom van seksuele vrijheid was een wereld waarin een vrouw niet wordt geslagen of vermoord vanwege haar seksualiteit. Het is hartverscheurend dat we zijn visie op vrijheid een eeuw later nog steeds niet hebben bereikt.”
Hij dacht dat het trainingsproces tegen emotionele expressie in de kindertijd mensen vatbaarder maakte voor autoritaire leiders
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Het omarmen van de kwetsbaarheid van het lichaam, lijkt voor William Reich een heel belangrijk punt. Door onze kwetsbaarheid te negeren, ontzeggen we de toegang tot al onze gevoelens en worden we al snel een soort mechanische meelopers, waar het fascisme dankbaar gebruik van maakt. Kun je iets meer vertellen over dit fenomeen?
Olivia Laing
“Dit is een hele goede vraag! Reich had als jonge psychoanalyticus in Wenen een diep besef dat zijn patiënten hun trauma en pijn in hun lichaam vasthielden, als een soort permanente spierspanning die hij vergeleek met een harnas. Hij dacht dat dit proces al in de kindertijd begon, mede door de autoritaire manier waarop kinderen werden opgevoed: huil niet, toon geen woede, zit stil, wees braaf. Hij geloofde dat zijn patiënten zichzelf moesten toestaan de verboden emoties van verdriet, schaamte en woede te voelen, te verzachten en los te laten, om naar hun lichaam te luisteren. Toen het fascisme meer wijdverbreid werd in Europa, kreeg zijn werk een nieuwe urgentie. Hij dacht dat het trainingsproces tegen emotionele expressie in de kindertijd mensen vatbaarder maakte voor autoritaire leiders. Ik denk dat hier zoveel waarheid in zit – dat schaamte en controle in de kindertijd, vooral rond gender, op latere leeftijd enorme frustratie en woede veroorzaakt, die opzettelijk kan worden aangewakkerd en gebruikt door de vele fascistische bewegingen die tegenwoordig (opnieuw) bestaan.”
Ik ben er erg op tegen om werken uit het verleden te beoordelen met de maatstaven van nu
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Seks kan ook erg controversieel zijn. Je beschrijft hoe Ana Mendieta in haar werk als kunstenaar de aandacht vestigt op het geweld dat tegen vrouwen plaatsvindt. Vind je het belangrijk dat kunst de rol op zich neemt om dit soort problemen (en die van ongelijke machtsverhoudingen) begrijpelijk te maken? Hoe kan kunst bijdragen aan verandering? Hoe heeft Mendieta bijgedragen aan verandering?
Olivia Laing
“Kunst is niet hetzelfde als politieke verandering. Kunst kan wetten of politieke tactieken niet veranderen. Wat het wèl kan doen is zichtbaar maken wat verborgen is. Het kan de verborgen epidemie van geweld tegen vrouwen, transgender personen en mensen van kleur laten zien, en het kan de impact ervan op echte levens laten zien. Kunst is een oefenterrein voor empathie en een manier om getuige te zijn van de werkelijkheid. Ik denk dat dat zo belangrijk is – het lijkt mij dat de eerste stap naar verandering het erkennen is van de realiteit van een situatie. In de jaren zeventig, toen Mendieta haar grafische, krachtige werken over verkrachting maakte, was het een volledig taboeonderwerp en in veel staten in Amerika was verkrachting binnen het huwelijk geen misdaad. Weigeren om te zwijgen, is absoluut noodzakelijk als je wilt dat het verandert.”
Kunst is een oefenterrein voor empathie en een manier om getuige te zijn van de werkelijkheid
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Je schrijft ook over Markies de Sade, die in zijn boeken seksueel geweld beschrijft en misschien zelfs verheerlijkt. Vervolgens stel je de vraag of het is toegestaan om in boeken te fantaseren over seksueel geweld of dat je daarmee een klimaat schept waarin seksueel geweld ook daadwerkelijk wordt toegepast. Deze vraag komt tegenwoordig vaker voor. Sinds de opkomst van #Metoo liggen ook boeken uit een andere tijd, waarin seks vooral vanuit een mannelijk perspectief werd beschreven, onder vuur – in Nederland bijvoorbeeld het werk van Jan Wolkers. Kan fictie gevaarlijk zijn? En hoe moeten we volgens jou omgaan met werken over seks die in een andere tijd zijn geschreven en nu moreel uit de pas lopen met de tijdgeest?
Olivia Laing
“Ik ben er erg op tegen om werken uit het verleden te beoordelen met de maatstaven van nu. Niemand is verplicht ze te lezen of ernaar te kijken, maar ik denk dat de drang om het verleden te zuiveren misplaatst is. Als schrijver lijkt het mij essentieel om te begrijpen waarom het verleden was zoals het was. Terwijl ik Ieder een lichaam aan het schrijven was, las ik enorme hoeveelheden zeer uitdagend materiaal, van gewelddadige internetpornografie tot de literatuur over de Holocaust. Ik las die dingen niet voor mijn plezier, maar wel om de kwestie van geweld tegen bepaalde soorten lichamen grondig te begrijpen. We hebben geen hoop op een andere toekomst als we niet onder ogen kunnen zien en begrijpen waarom de dingen zijn zoals ze zijn. Dit vereist dat we terugkijken op het verleden, met een sterke maag en een helder oog.
Het toepassen van de morele maatstaven van nu op het verleden, vraagt denk ik ook om nuance. Ik ben op mijn hoede voor censuur en groepsdenken en ik denk niet dat cancel culture de beste manier is om de wereld te veranderen. Veel van de mensen in dit boek zijn onvolmaakt en deden dingen die moreel twijfelachtig waren. Reich en Nina Simone waren bijvoorbeeld allebei gewelddadig. We kunnen ze veroordelen en hun werk boycotten of ‘cancellen’, of we kunnen proberen te begrijpen hoe het enorm waardevolle en radicale werk dat ze deden hen ook buitengewoon kwetsbaar maakte. Juist door de krachten die ze probeerden te weerstaan.
De vraag of fictie gevaarlijk kan zijn, is erg interessant. Ik denk dat fictie en kunst heel krachtig zijn, maar ik ben er ook zeker van dat er een ruimte is tussen kunst en leven. Er kunnen krachten in kunst worden verkend die niet de vrije loop mogen krijgen als het gaat om echte lichamen. Ik ben het niet eens met de feministische schrijfster Andrea Dworkin die vond dat Sade’s werk hetzelfde is als verkrachting. Nogmaals, je hoeft het niet te lezen, maar het levert een rijke bron van informatie over een manier van denken, een soort mentaliteit. Het is een bewuste verkenning van geweld. Maar er is ook een andere categorie artistiek werk, namelijk het ondermaatse vrouwenhatende of racistische werk dat overgewaardeerd wordt en simpelweg de giftige houding van de patriarchale cultuur repliceert. Ik denk niet dat dit soort werk per se lezers of een galerieruimte verdient. Laat het wegkwijnen in vergetelheid. Laten we verder gaan met iets dat interessanter, uitdagender en opwindender is. Maar laten we de boeken in de bibliotheken houden en laten we de bibliotheken open houden.”
Ik denk dat fictie en kunst heel krachtig zijn, maar ik ben er ook zeker van dat er een ruimte is tussen kunst en leven
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Er zijn zeer duidelijke aanwijzingen dat Mendieta is vermoord door haar man, de kunstenaar Carl Andre. Hij werd echter nooit schuldig bevonden aan de moord. Je schrijft ‘met heel weinig verwachtingen sloot de kunstwereld de gelederen om hem heen, net zoals de literaire wereld zich om Mailer heeft gesloten tijdens zijn juridisch proces voor het neersteken van zijn vrouw een generatie eerder.‘ Ook hier zijn parallellen te trekken met de hedendaagse kunstwereld, ook die in Nederland. Nog niet zo lang geleden kwam een Nederlandse kunstenaar in opspraak vanwege verdenking van verkrachting, seksueel misbruik en machtsmisbruik. De kunstwereld wist ervan, maar kneep een oogje dicht en stond zijn daden toe, want hij was tenslotte een groot talent. Dit soort gebeurtenissen sluiten aan bij het romantische beeld van het kunstenaarschap dat uitgaat van vrijheid en onbegrensde mogelijkheden van creativiteit. Hoe zie jij de kunstwereld in relatie tot (fysieke en mentale) vrijheid? Hoe kan kunst een rol spelen in de bevrijding van het lichaam zolang de machtsverhoudingen in de (kunst)wereld scheef zijn?
Olivia Laing
“Ja. Ik denk dat de romantische visie van de kunstenaar veel te verantwoorden heeft. Maar laten we niet vergeten dat dit alles ook deel uitmaakt van een meer algemene patriarchale visie op macht zoals deze dominant is in de westerse samenleving. Een visie die gebaseerd is op de overtuiging dat de lichamen van sommige mensen – met name de lichamen van rijke witte mannen – belangrijker zijn dan die van anderen. Deze visie is de sleutel tot zowel het patriarchaat als de witte suprematie: de overtuiging dat sommige lichamen waardevol en heilig zijn terwijl andere lichamen objecten zijn, wegwerpbare hulpbronnen, prooien, enzovoort. Het is geen verrassing dat dit soort denken in de kunstwereld voorkomt, aangezien het een ideologie is die overal te vinden is. Kunst kan zeer conservatief zijn en de status-quo verdedigen, zelfs als ze pretendeert radicaal of schokkend te zijn. Ik denk dat echt radicaal werk de machtsstructuren van de samenleving probeert bloot te leggen en omver te werpen en ik zou Ana Mendieta zeker in die categorie plaatsen, samen met – gelukkig voor ons – een groot aantal hedendaagse kunstenaars. Dus wat kan kunst doen om weerstand te bieden? Alternatieven voorstellen, onrecht aan de kaak stellen, ieders gevoel voor menselijkheid, vreugde en kracht vergroten.”
Kunst kan zeer conservatief zijn en de status-quo verdedigen, zelfs als ze pretendeert radicaal of schokkend te zijn
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
In je boek schrijf je ook over Susan Sontag. In haar boek Illness as Metaphor schreef ze: “Kanker is niet het resultaat van een emotionele blokkade of een onvermogen om woede te uiten”. Je schrijft dat paniek nog steeds aanwezig is in haar boek, waarin Sontag zich afvraagt of het door haarzelf of door haar beschadigde relatie met haar moeder komt dat ze ziek is geworden. Dat zou betekenen dat krachten van buitenaf zo’n invloed op het lichaam hebben dat ze het lichaam ziek kunnen maken. Wat is jouw mening hierover?
“Ziekte is het gevolg van vele factoren. Aan het begin van de Covid-pandemie zeiden mensen dat het een ziekte was die de hele wereld in gelijke mate trof, maar dat was het in feite niet. Zoals zoveel dingen is Covid een ziekte geworden die een weerspiegeling is van reeds bestaande ongelijkheden. Het treft de armen meer dan de rijken, het treft mensen van kleur meer dan witte mensen en het treft mensen in erbarmelijke woon- en werkomstandigheden meer dan mensen in meer beschermde omgevingen. Dit is een sociologisch feit. Maar worden mensen ziek omdat ze ongelukkig, getraumatiseerd of boos zijn? New age-denkers, of degenen in de wellness-beweging, beweren vaak dat dit het geval is. Ik denk dat men hier heel voorzichtig moet zijn. De aidspandemie wordt bijvoorbeeld niet veroorzaakt doordat mensen niet genoeg van zichzelf houden. Het wordt veroorzaakt door een virus en verergerd door aanhoudende inactiviteit van de overheid, die zelf weer werd veroorzaakt door homofobie en vooroordelen. Dat gezegd hebbende, is er groeiend bewijs dat trauma ingrijpende effecten heeft op het immuunsysteem, het cardiovasculaire systeem, de slaap en het algehele vermogen van het lichaam om veerkrachtig te zijn. Hetzelfde geldt voor armoede. We leven in netwerken en we worden diep geraakt door krachten die voor ons onzichtbaar zijn. Ik zou willen beweren dat veel van deze krachten politiek van aard zijn en het probleem met het new age/wellness-gedachtengoed is dat het te veel op individuen is gericht en de individuele macht overschat in plaats van dat het kijkt naar systemische krachten. Wellness is in wezen kapitalistisch van aard.”
Wellness is in wezen kapitalistisch van aard
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
In onze westerse samenleving is er een groot verschil tussen ‘ sterke’ en ‘fragiele’ lichamen en dus ook een verschil in privilege. Het lijkt alsof we steeds meer streven naar ‘perfecte’ lichamen en dat alle lichamen die hier niet aan voldoen, meteen een andere positie innemen in onze samenleving. Merk jij dat ook?
“Ja! Er zijn mensen die hier heel interessant over schrijven – Bijvoorbeeld Dodie Bellamy met haar boek When The Sick Rule the World. Ik denk dat het nastreven naar perfecte lichamen een wanhopig trieste zaak is. Op dit moment ervaren we een bijzonder intense toename van dit streven, vanwege de hoeveelheid tijd die mensen aan Zoom hebben besteed tijdens de pandemie en de populariteit van plastische chirurgie. Ik denk dat het leven in een lichaam op zijn best een angstaanjagende zaak is en een deel van de grote aantrekkingskracht van internet is dat het een onstoffelijke ruimte is, waarin we kunnen worden gefilterd en geperfectioneerd. Maar in de afgelopen, geïsoleerde anderhalf jaar, hebben we ook kunnen zien dat we (nog steeds) verlangen om bij de lichamen van andere mensen te zijn, om samen met lichamen te zijn. Sprekend als transpersoon; mijn utopie is er een van lichamelijke verschillen, lichamelijke diversiteit, een viering van fragiliteit in plaats van een ontkenning van kwetsbaarheid.”
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Je schreef dat de politieke wereld gevangenissen kan maken van lichamen, maar dat lichamen ook de politieke wereld kunnen hervormen. Je beschrijft bijvoorbeeld hoe Malcolm X een voorbeeldfiguur is. Kun je uitleggen hoe deze zin op hem van toepassing is?
Olivia Laing
“Malcolm X groeide op onder witte suprematie. Zijn vader werd gelyncht, zijn moeder verloor de voogdij over haar kinderen en werd gedwongen opgesloten in een psychiatrische inrichting. Malcolm werd zelf een oplichter en een kleine crimineel en kwam terecht in de gevangenis. Daar begon hij zichzelf te onderwijzen, voornamelijk door zich een weg te banen door een enorme en uitgebreide bibliotheek. Het was toen dat hij racisme begon te begrijpen en zich realiseerde dat de ervaringen uit zijn jeugd niet alleen een individuele tragedie waren, maar een systemisch onrecht dat was veroorzaakt door racisme. Dit is een openbaring die wordt gedeeld door veel mensen die betrokken zijn bij de vrijheidsstrijd: dat wat hen overkomt is niet alleen vanwege wie ze zijn als individu, maar een gevolg van het soort lichaam dat ze bewonen. Dus Andrea Dworkin zag dat het seksuele en fysieke misbruik dat ze had meegemaakt deel uitmaakte van het bredere verhaal van vrouwenhaat en Nina Simone realiseerde zich dat het vooroordeel dat ze als kind had ervaren deel uitmaakte van witte suprematie. Deze openbaring – het besef dat wat persoonlijk en individueel leek, in feite systemisch en collectief is – is erg pijnlijk, maar betekent ook dat je moet zien dat het systeem kan worden veranderd. Dit ‘systeem’ bestaat omdat mensen het onderschrijven en het kan worden vervangen door een ander en meer bevrijdend begrip van hoe lichamen ertoe doen of worden behandeld.”
Sprekend als transpersoon; mijn utopie is er een van lichamelijke verschillen, lichamelijke diversiteit, een viering van fragiliteit in plaats van een ontkenning van kwetsbaarheid
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
In je boek schrijf je ook over je eigen ervaring als activist. Wat kan het collectief het lichaam bieden in termen van kracht?
Olivia Laing
“Mijn eerste protest was eind jaren tachtig, toen ik nog een kind was. Ik ging naar een homorechtenmars met mijn moeder, die lesbienne is. Het was een zeer homofoob tijdperk in Groot-Brittannië en zij zat, zoals veel homoseksuelen destijds, diep in de kast. Het was een geheim dat beschermd moest worden. Dus om vanuit dat gevoel van schaamte en geheimhouding naar een mars te gaan van duizenden boze, vrolijke, LUIDE queer mensen, die door Londen marcheerden en de straten vulden, voelde opwindend. Het was mijn eerste ervaring met collectieve macht.
Hoewel het collectief mooi lijkt, is het probleem met collectieven tegelijk dat ze vaak erg intolerant zijn voor individuele verschillen. Ik denk dat dit een van de moeilijkste evenwichtsoefeningen is. Daarom is solidariteit voor mij de belangrijkste politieke kwaliteit. We hoeven niet allemaal dezelfde strijd te voeren, maar we hebben tolerantie nodig voor verschillen. Links heeft een verschrikkelijke moeite om niet verstrikt te raken in ruzies en interne verschillen, en rechts speelt daar op in. Wees getuige van de ‘war on woke’.”
Het is een openbaring die wordt gedeeld door veel mensen die betrokken zijn bij de vrijheidsstrijd: dat wat hen overkomt is niet alleen vanwege wie ze zijn als individu, maar een gevolg van het soort lichaam dat ze bewonen.
Joke Alkema en Lieneke Hulshof
Je schrijft dat onze verworven vrijheden op het gebied van bijvoorbeeld feminisme, homorechten en burgerrechten nooit permanent zijn. We moeten blijven vechten. Hoe denk je dat we dat moeten doen zonder onze kracht te verliezen in een onuitputtelijke en nooit eindigende strijd?
Olivia Laing
Een grote vraag! Deze strijd is transgenerationeel. Activisten zijn al eeuwen aan de gang en ze zullen doorgaan lang nadat we sterven. Voor mij was dat besef een gamechanger. Het verminderde mijn gevoel dat ik het onmogelijke moest bereiken, dat wil zeggen een permanente overwinning, en deed me inzien dat het spelen van de eigen kleine rol het enige is wat elk individu hoeft te doen. Het is een enorm werk, maar het wordt door veel mensen gedeeld. Ieder van ons heeft een keuze: meedoen aan het werken voor vrijheid of het dwarsbomen. Je hoeft het einde van klimaatverandering of racisme niet in je eentje te bereiken. Je moet gewoon bijdragen.
Deze openbaring – het besef dat wat persoonlijk en individueel leek, in feite systemisch en collectief is – is erg pijnlijk, maar betekent ook dat je moet zien dat het systeem kan worden veranderd.