Inclusief – Teammanager
Een familielid in Ghana van een chauffeur is overleden. Daar is ook de begrafenis. De chauffeur krijgt vier dagen vrij.
Dit mag best nog een keer herhaald worden: in vier dagen naar Ghana vliegen, de hitte is overweldigend, zijn familie is emotioneel bij zijn aankomst. Dit keer erger want zijn zuster is afgelopen week overleden (ze was al maanden ongeneselijk ziek).
Aangekomen in zijn ouderlijk huis ziet hij zijn neefjes, nichtjes en broertjes die al weer ontzettend zijn gegroeid. De chauffeur baalt dat hij ze niet ziet, opgroeien, hun woordenschat verbreden, de lachen aanstekelijker worden en huilbuien verminderen.
Met een stoffen zakdoek veegt hij het zweet van zijn voorhoofd. Hij deelt drop en stroopwafels uit. Zijn moeder had erom gevraagd. De begrafenis is morgen al. Er moet veel geregeld worden. Familie komt af en aan. Vrouwen in de keuken, mannen in de kamer. De begrafenis duurt twee dagen.
Hij maakt zich ervoor op, sproeit water in zijn gezicht, haalt een gewaad uit de koffer en schuift aan bij de mannen.
Na veel verdriet, liederen, gebeden en eten, afscheid nemen. Het verdriet is erger dan toen hij aankwam. Met een brok in zijn keel stapt hij het vliegtuig in. Morgen, aan het werk inclusief jetlag, gemis en rouwproces.