Het onderscheid tussen rondtrekken en geworteld zijn – over het werk van Małgorzata Mirga-Tas
Joost Jungsik Vormeer bezocht in het Bonnefanten This Is Not The End of the Road, een solotentoonstelling met werk van Małgorzata Mirga-Tas, afkomstig uit een Poolse Roma-nederzetting. Op de textielwerken zijn vooral vrouwen te zien, zoals de Nederlandse Roma-activist Lalla Weiss en Alfreda Noncia Markowska, een Poolse Roma-vrouw die tijdens de Tweede Wereldoorlog Joodse en Roma-kinderen redde. Tijdens zijn bezoek vervaagde voor Joost het onderscheid tussen rondtrekken en ergens geworteld zijn.
Op 19 juni 2021 overleed een man in het Tsjechische Teplice na politiegeweld. Stanislav Tomáš kwam in een ambulance om het leven nadat een agent hem eerder met een knie in zijn nek minutenlang tegen de grond had gedrukt. Voor de omstanders was duidelijk dat hij geen adem kreeg. Stanislav Tomáš was 46 jaar en van Roma-afkomst. Mensenrechtenorganisaties vergeleken zijn dood met die van George Floyd een jaar eerder. Toen ik erover las, kon ik de vraag niet onderdrukken waarom er in Europa zo weinig aandacht was voor de dood van Tomáš, onrecht dat dichterbij plaatsvond, op dit continent, in een EU-lidstaat. Maar het voelde niet goed om deze incidenten op die manier te vergelijken. Misschien omdat zo’n vraag slachtoffers van politiegeweld en gemarginaliseerde groepen mensen uiteindelijk tegenover elkaar uitspeelt.
Die geschiedenis was niet de aanleiding voor mijn reis naar Maastricht, waar het Bonnefanten een solotentoonstelling (This Is Not The End of the Road) wijdt aan het werk van Małgorzata Mirga-Tas, een kunstenaar uit een Roma-nederzetting in het zuiden van Polen. Dat was mijn nieuwsgierigheid naar het werk zelf dat mij op de website van het museum al trof door de kleurrijke composities. Mirga-Tas maakt ook sculpturen, maar het Bonnefanten toont in de vier zalen op de tweede etage vooral haar textielwerken, gespannen over een drager of frame van hout. Op de werken zijn vooral vrouwen te zien, zoals de Nederlandse Roma-activist Lalla Weiss en Alfreda Noncia Markowska, een Poolse Roma-vrouw die tijdens de Tweede Wereldoorlog Joodse en Roma-kinderen redde.
Het langst bleef ik in ‘de grote zaal’, waar het monumentale Re-enchanting the World aan alle muren hangt. Met dit werk vertegenwoordigde Mirga-Tas Polen op de 59e Biënnale van Venetië. ‘Het is gewoon te veel’, verzuchtte een bezoeker, die naast mij kwam zitten op de bank. Op de wandtapijten in de zaal is zoveel te zien, dat ik haar wel gelijk moest geven. Toch is Re-enchanting the World geen desoriënterende ervaring, zoals wat er met me gebeurt als ik een barokke kerk in stap, hoe het interieur me met zijn visuele spektakel imponeert. Deze tapijten trokken me veel kalmer hun wereld in.
Mirga-Tas liet zich voor dit werk inspireren door de fresco’s in de Salone dei Mesi in het Palazzo Schifanoia in Ferrara. Ze beelden de twaalf maanden van het jaar af en zijn elk onderverdeeld in drie secties. De middelste ‘baan’ van elke fresco toont een dierenriemteken. Op haar wandtapijten volgt Mirga-Tas deze twaalfmaandenstructuur. Elke ‘maand’ is dan weer verdeeld in drie secties met bovenin rondtrekkende mensen, soms op paarden en karren, meestal begeleid door honden of hazen. De onderste secties vormen een contrast omdat ze dorpstaferelen laten zien, zoals een oogst in een veld of Roma-vrouwen die aan deze tapijten hebben gewerkt. Ze zijn namelijk niet alleen door Mirga-Tas gemaakt, maar in samenwerking met de vrouwen uit haar gemeenschap. Het afgebeelde dorp is de nederzetting van de kunstenaar. Op de middelste secties staan net als op de fresco’s in Ferrara de dierenriemtekens, aangevuld door individuen uit Roma-gemeenschappen, activisten, politici, schrijvers en andere kunstenaars, onder wie familieleden van Mirga-Tas.
Als je de tapijten van dichtbij bekijkt, zie je de textuur van de verschillende textielstukken en hoe ze aan elkaar zijn genaaid. Bomen worden vooral voorgesteld met een bloempatroon. Op het onderste deel van de maand mei zitten vrouwen op stoelen voor hun huizen. Een van hen hangt de was op. Een rode rok aan een waslijn is bij de zoom wat losser aangebracht, zodat de illusie ontstaat dat het kledingstuk wappert. Aan dezelfde waslijn hangen halve knijpers van hout. Door zulke details kon ik me in het werk verliezen, alsof ik op mijn gemak rondliep in het dorp van Mirga-Tas. Zo creëert ze een gevoel van intimiteit.
Gaandeweg vervaagde voor mij het onderscheid tussen de bovenste en onderste secties, tussen rondtrekken en ergens geworteld zijn. Beiden horen bij de menselijke ervaring. De afbeeldingen van de reizende mensen zijn een reactie op een serie etsen van de barokkunstenaar Jacques Callot (1592-1635), Les Bohémiens, die Roma-mensen op een stereotype manier afbeelden. In gesprek met Noémie Ndiaye voor de interviewserie ‘Black Baroque’, laat Mirga-Tas de verschillen en overeenkomsten zien tussen de bovenste sectie van september en één van Callots etsen. De overeenkomsten: een Roma-vrouw bevalt bij een boom en drie andere vrouwen staan haar bij. Op de ets van Callot vindt echter ook een festijn plaats met drinkende en kaartende mannen. In onze cultuur is zoiets onacceptabel, vertelt Mirga-Tas. Op haar tapijt heeft ze het festijn weggelaten. De vier vrouwen hebben gezelschap gekregen van een rustend paard.
Dit interview is een aanrader na een bezoek aan de tentoonstelling omdat het een licht werpt op de verbanden tussen de onderdrukking van Roma en die van zwarte mensen. Mirga-Tas noemde eens de Harlem Renaissance als een van haar inspiratiebronnen en Ndiaye vergelijkt haar werk met de quilts van de zwarte kunstenaar Bisa Butler. Al die referenties en verbanden, over landsgrenzen en eeuwen heen, maken Re-enchanting the World zo rijk en fascinerend.