Het hokje van de bewaker- Zinnebeeld van de quarantaine
Waar quarantaine nieuw is voor kantoortijgers, zitten bewakers al hun hele carrière in isolement. Fotograaf Mariet Dingemans toont hun werkplek in het land met de meeste bewakers per inwoner, Albanië.
Opeens vielen ze nog meer op, de bewakershokjes in Albanië. Het kleine land op de Balkan heeft de meeste van die hokjes per hoofd van de bevolking. Waarschijnlijk wereldwijd, zeker in Europa.
Het heeft te maken met het geweld dat dit land teisterde in de jaren negentig, na het ineenstorten van meer dan twintig piramidefondsen. Ongeveer de helft van de bevolking had zijn spaarcenten belegd bij mensen die hoge rentes uitbetaalden, soms per week, maar die niets substantieels met het geld deden. Toen de zaak in elkaar donderde, kromp niet alleen de economie met tien procent, de inflatie steeg naar veertig procent en het land kwam in de greep van demonstranten die hun geld terugeisten. Een minister werd in een kooi gestopt, in de catacomben van een vol voetbalstadion, de wapendepots gingen open en uiteindelijk stierven in enkele weken tijd meer dan tweeduizend mensen, velen van hen aan kogels die uit balorigheid, opwinding en onkunde in de lucht waren geschoten – en uiteindelijk weer naar beneden kwamen.
Iedereen die het kon betalen, nam bewakers in dienst. De bewakershuisjes schoten uit de grond. Als het niet zo’n cliché was, zou ik schrijven: als paddenstoelen. Dat ze er nog altijd staan, heeft volgens economen ook met de lage loonkosten in Albanië te maken. Veel verdienen ze niet, de bewakers.
Als het niet zo’n cliché was, zou ik schrijven: als paddenstoelen.
Interessanter is de cultureel-historische verklaring. Die gaat verder terug dan 1997, tot in de communistische tijd van dit kleine, arme Europese land. Omdat de Sovjetunie onder leiding van Nikita Chroetsjov een einde maakte aan de persoonsverheerlijking van Stalin, in februari van 1956, zag de Albanese dictator Enver Hoxha zichzelf als de laatste communistische leider die recht in de leer was. Woedend op Chroetsjov en diens ‘revisionisme’ verbrak hij de banden met de Sovjetunie. Voor nieuwe hulp keek hij naar China, tot ook dat land van het rechte pad afdwaalde en in 1972 – o schande – zelfs de Amerikaanse president Nixon uitnodigde. Niet veel later zette Hoxha de Chinese ingenieurs, zusters en onderwijzers het land uit. Hij zou Albanië voortaan als een kluizenaarsstaat regeren, volledig afgesloten van het buitenland.
De pogingen tot autarkie die volgden, pakten desastreus uit voor de economie, tot nagenoeg de hele bevolking in de jaren tachtig leed aan ondervoeding. Een bekende slogan uit die hongerige jaren: “Wij eten nog liever gras dan onze Leninistisch-marxistische principes te verloochenen”. Het werd gras eten. Maar dat is hier minder relevant. De totale afgrendeling van het land zorgde ook voor een cultuur van belegering en bedreiging. Alsof de wereld in de greep was van een virus. Alleen Albanië en zijn burgers konden zich ervan afgrendelen, in een onneembare vesting.
Hij zou Albanië voortaan als een kluizenaarsstaat regeren, volledig afgesloten van het buitenland.
Er bestaat een foto van het Duitse voetbalelftal op het vliegveld even buiten de hoofdstad Tirana. Ze staan in een rijtje, voor een emmertje soppig water. De handen van voorste voetballer verdwijnen in het emmertje. De rest wacht op zijn beurt. Ze moeten allen hun handen wassen opdat ze met hun kapitalistische bacteriën geen Albanees besmetten.
Om een militaire invasie van zowel Warschaupact als Navo te kunnen afslaan, liet de dictator het land volbouwen met een paar honderdduizend kleine betonnen bunkers, voor ieder gezin één. Overheidsgebouwen waren met elkaar verbonden via ondergrondse geheime gangen. Op het strand bij Durrës stond een metersgroot bord met de tekst, in het Engels: “Albania. The Unique and Unbreakable Castle on the Adriatic Coast” De tekst was naar zee gericht, voor als een buitenlands schip voorbij zou varen en de passagiers met verrekijkers naar de openluchtgevangenis tuurden.
Ze moeten allen hun handen wassen opdat ze met hun kapitalistische bacteriën geen Albanees besmetten.
De krantenartikelen in dit Noord-Korea aan de Middellandse waren eentonig. Alle berichten vertelden: ons land ligt onder vuur. Het is erop of eronder voor Albanië, juist op dit punt in de geschiedenis. We hebben geen tijd voor frivoliteiten. Let op je buurman, hij kan een spion zijn, een buitenlandse agent, of een saboteur.
Grenspolitie schoot op iedereen die het land probeerde te ontvluchten. Flutura Acka, een Albanese schrijfster, zegt nu, bijna dertig jaar na de val van het regime: “Ik vrees dat de angst, de tralies en de dictatuur in ons DNA zijn gekropen.”
Wie nu door de stad wandelt, ziet wat Mariet Dingemans heeft gefotografeerd. Noem het de fragmentatie van de beveiliging van een heel land. “Of noem het de individualisering van die belegeringscultuur”, oppert dichter Arian Leka. “Een obsessie getransformeerd met de komst van de vrije markt.” Quarantaine voor de veiligheid, niet van een natie, maar van een werkgever.
Wie goed naar de foto’s kijkt, ziet hoe een hele beroepsgroep probeert manieren te vinden om die quarantaine een beetje draaglijk te houden. Boekjes met kruiswoordpuzzels, gebedskettingen, hier en daar een computerspelletje uit de jaren negentig die zonder internet op batterijen werkt.
Door de Covid19 leven wij Nederlanders ook een tikje geïsoleerder dan anders, zonder de mogelijkheid van sport, spel en concert. Tegelijk behouden we onze vensters op de buitenwereld: tv, skype, zoom, bol.com. De krant ploft digitaal zo vaak op de mat als je wilt; iedere avond zitten we rond de dorpspomp van RTL of NPO.
De bewakers van Tirana tonen ons daarentegen wat echte quarantaine is: uren stukslaan in een plastic aquarium. Of een houten keet. Hokjes die dwingen tot bewondering voor de bewaker. En misschien zijn we daar nu wel ontvankelijker voor; misschien zijn we door het coronavirus in staat de prachtige foto’s van Dingemans te zien als een lofzang op de pilaarheiligen van een gefortificeerde samenleving.
–Documentair fotograaf en antropoloog Mariet Dingemans vertelt met intieme, humorvolle beelden verhalen over mensen. In februari 2020 won ze de Olympus Young Talent Award. Mariet zit in het derde jaar van de Fotoacademie.
marietdingemans.com
–Pieter van Os is schrijver en journalist. Hij publiceert voornamelijk in De Groene Amsterdammer en NRC Handelsblad, waar hij cultuurredacteur was. Zijn laatste boek, Liever dier dan mens (2019), speelt zich voornamelijk af in Polen, waar hij vier jaar woonde. Sinds twee jaar woont Pieter in Tirana, Albanië.