Graduation Show: Minerva Academy Headliners
Mister Motley bezoekt de afstudeertentoonstelling ‘Headliners’ van Minerva Academy in de voormalige suikerfabriek in Groningen
Tussen 23 en 28 juni presenteren de bachelors en de masters van de Minerva Art Academy hun afstudeerwerk in het karakteristieke gebouw van de voormalige suikerfabriek in Groningen. In de tentoonstelling zijn onder meer de opleidingen Autonoom beeldende kunst, Product design en Docent beeldende kunst door elkaar verweven, en is er een aparte ruimte ingericht voor de alumni van het Frank Mohr instituut. Door de immense afmetingen van de rauwe tentoonstellingsruimte die twee verdiepingen beslaat, en de gevarieerde manier waarop de expositie is opgezet, is het bezoek aan de Headliners een onderneming te noemen.
Bij binnenkomst loop je tegen het werk van Joblin Agteresh aan, een installatie die iets van een altaar wegheeft. Op de grond liggen eindeloos veel illustraties met verwijzingen naar beslommeringen die typisch zijn voor de generatie Y, de generatie die geboren is tussen grofweg 1980 en 2000 en ook wel als millennials wordt aangeduid.
Er ligt een berg roze ondergoed met de opdruk Lonely of Alone, als een soort relikwieën van zelfmedelijden. Uitvergrote medicijnen in verschillende vrolijke kleuren en vormen liggen her en der verspreid. Door dit benadrukken van het lijden krijgt deze installatie zijn ‘religieuze’, altaar-achtige uitstraling. Dit wordt versterkt door de grote sad smiley van neonkleurige knipperlichtjes die er boven hangt en over het geheel neerkijkt.
De installatie lijkt kleurrijk en lichtvoetig, maar weet ergens te raken aan een aspect van een generatie die het cynisme en de ironie van het postmodernisme geïnternaliseerd heeft, en de huidige dominante culturele boventoon karakteriseert. Noem het post-post-modernisme, of metamodernisme; wat vaststaat is een verlangen naar betekenis en naar een oprechte vorm van uiting. Dat brengt kwetsbaarheid en dus ook lijden met zich mee, en de installatie van Agteresh is een speelse, visuele vertolking van dit gevoel van schipperen tussen kwetsbaarheid en ironie.
De berg grofvuil en allerhande objecten van Jannes Bürkner houdt zich in het midden tussen een installatie en een sculptuur. De wisselwerking tussen het kunstwerk en de omgeving is interessant; in de rauwe, viezige omgeving van de voormalige suikerfabriek gaat de verzameling iets te goed op in zijn omgeving, waardoor je je gaat afvragen of een neutrale omgeving het werk meer kracht had bijgezet.
Bürkner is gefascineerd door de sporen die groei en aftakeling achterlaten, en de gelijkenissen die hij tussen deze sporen aantreft. Een blok hout, een verroeste fiets, een winkelwagentje, ondefinieerbaar puin; het zijn zomaar wat onderdelen van de intuïtieve compositie. “Gevonden voorwerpen en materialen worden geanalyseerd en getransformeerd op basis van hun karakteristieken, waardoor ze van hun oorspronkelijke functie verwijderd raken en de kijker uitnodigen om hun perceptie van en hun relatie tot de voorwerpen te bevragen.”
De speelse totstandkoming van het werk, waar een wisselwerking tussen toeval en controle in zit, is aanvoelbaar. Als toeschouwer wordt je de hand van de maker gewaar op een instinctmatige manier. De creatie van Bürkner is een poëtische schroothoop.
Dagmar Stap borduurt replica’s van verpakkingen van Aziatische producten. Volgens Stap is de supermarkt het museum van onze consumentensamenleving, maar de fascinatie ligt met name bij de ‘toko’, de Aziatische winkel waar de verpakkingen kleurrijker en diverser zijn dan in de doorsnee supermarkt. Het borduren van de flessen sojasaus en zakjes noodles is een tijdrovende klus; het vervaardigen van een object kan soms tot wel twee weken duren. Het is interessant om een herkenbaar alledaags gebruiksvoorwerp terug te zien in een andere gedaante, in een andere context en van een ander materiaal, van plastic zakje gevuld met noodles tot een knuffelbaar en autonoom object dat in een tentoonstellingsruimte geëtaleerd wordt.
Stap benoemt een contrast tussen het maken van de borduurwerken en hetgeen waar de nagebootste objecten symbool voor staan. Het borduren is repetitieve en meditieve bezigheid, een rustmoment in de drukte van alledag. De verpakkingen die ze maakt zijn juist het toonbeeld van massaproductie- en consumptie, en de gehaastheid die er mede toe leidt dat we zo verzot zijn op gevriesdroogde zakjes noodles waar je voor de bereiding alleen een waterkoker en twee minuten van je tijd nodig hebt.
De manier waarop de verpakkingen zijn gemaakt, secuur, met aandacht en veel tijd, heeft ook iets weg van een ode. Maar waar zouden de wollige toko-producten dan een ode aan kunnen zijn?
Uitgelicht