God, Love, Sculpture, Art – Yair Callender
Na een kleine omzwerving via het nabijgelegen Steenwijk bevind ik me uiteindelijk in de juiste straat en volg gedwee de eerder verkregen instructies op. Dus zoek ik een openstaand hek aan de achterkant van een huizenblok, loop naar het einde van een binnentuin en sta tot slot in het atelier van Yair Callender. Onder het genot van een kop warme thee, een broodje uit de Russische buurtsupermarkt en klassieke muziek in een modern jasje ga ik in gesprek met deze jonge, opkomende kunstenaar.
Al vanaf jongs af aan tekent Yair, wat hem dan ook na de middelbare school doet besluiten om een grafische opleiding te volgen. Op den duur vervliegt zijn enthousiasme en noemt hij zijn opleiding ook wel ‘Tragisch Design’, het was niet voor hem weggelegd. Na twee jaar denkt hij: ‘Als ik dit nu voor de rest van mijn leven moet doen, spring ik nu van het gebouw af’. Duidelijke taal; hij stopt met de opleiding en stort zich vijf jaar lang in het werkend bestaan als medewerker in callcenters, magazijnen en winkels. Dit weerhoudt hem er echter niet van om te stoppen met tekenen. ‘Ik had niemand om over kunst te praten en had eigenlijk geen idee wat kunst precies was, maar wilde wel een keer schilderen.’ Dus koopt hij waterverf en begint zijn tekeningen in te kleuren. Na een tijd zit hij zonder werk en vraagt hij zich af wat hij nu wil gaan doen. Hij concludeert dat hij eigenlijk helemaal niets wil doen en alleen maar wil schilderen. En zo schrijft hij zich in bij de kunstacademie in Den Haag. Wanneer hij wordt toegelaten, laait zijn enthousiasme weer op. Zijn studietijd is een feest, het voelt als thuiskomen. ‘De academie was chaotisch en slordig. Ik voelde me daardoor juist heel erg op mijn gemak, want er was veel vrijheid.’ Hij ervaart zijn periode op de academie als erg rijk. Zo loopt hij stage bij enkele kunstenaars. Hij wordt drie jaar lang de assistent van David Bade, die hem laat zien hoe je ongebonden te werk kan gaan. ‘Toen ik hem assisteerde tijdens een expositie nam hij bijvoorbeeld een paar bussen purschuim mee, liep het gebouw binnen en er bouwde iets wonderbaarlijks. De mensen van het museum stonden perplex en vroegen zich af wat er allemaal gebeurde. David heeft mij vrijheid laten zien.’
Wat Callender het meest waardeert in het werk van Bade, is het feit dat het zijn persoonlijkheid weerspiegelt. Maar wat maakt, naast de eigenheid, een kunstenaar goed? Yair vindt het heel belangrijk om niet binnen een stijl te vervallen, of met één stroming mee te gaan. Kunst wordt vaak goed als het lukt om jezelf te pakken, heel direct je eigen energie los te laten in je werk. ‘Een kunstenaar is iemand die zijn passie volgt en handelt vanuit een innerlijke drang. Het ultieme kunstwerk is daarom het leven zelf, hoe je het leven vormgeeft, die beslissingen die je maakt, de boeken die je leest. De werken zijn een soort van derivaten.’ Vanuit dit idee maakt hij tijdens zijn studietijd werk, wat in het teken staat van in het thema ‘liefde’. Hij heeft in die periode voor het eerst een lange relatie, wat ervoor zorgt dat hij veel nadenkt over wat liefde nou precies is. Voordat hij die relatie krijgt, is hij vijf jaar lang smoorverliefd op een ander meisje, waar hij verder nooit naar gehandeld heeft. Het is een abstracte liefde, op een gegeven moment komt hij er achter dat zijn verliefde gevoel eigenlijk niets meer met haar te maken heeft. Het beeld van haar in zijn hoofd is zij helemaal niet meer, het is mythisch en het staat los van haar. Dit inzicht geeft hem de mogelijkheid om die liefde overal naartoe te projecteren, als een verliefdheid zonder object, wat gewoon de wereld in straalt. Dit is vanaf dat moment de motor van zijn werk. Dit resulteerde in werk als ‘Research in Love’, drie schilderijen waarin seksuele handelingen en geslachtsdelen van de man en vrouw zijn afgebeeld; een begin van een onderzoek naar het verband tussen liefde en seksualiteit. In de installatie ‘Fysical Love Machine’ gaat hij daarmee verder. Het werk bestaat uit een ruimte waarin een ijzeren fiets staat, omgeven door kinderspeelgoed. Zijn vriendin werkte bij een kinderopvang, dus nodigde hij de kinderen een middagje uit om in zijn expositieruimte te komen spelen. Hij had allerlei speelgoed, snoep en krijt neergezet en liet ze hun gang gaan. ‘De kinderen werden helemaal wild en begonnen overal met het krijt op de muur te schrijven. Overal op de muren stonden hartjes en teksten als ‘Ik hou van jou mama’. Het is heel oprecht, dat zoveel houden van hun ouders, kinderen hebben nou eenmaal een enorme puurheid en oprechtheid in hun handelen. Maar er is geen verlangen zichtbaar, ze geven liefde zonder iets terug te vragen.’ Hij besluit om de overblijfselen van deze middag als basis van zijn installatie te gebruiken en hier een tegenstelling in te zetten: puur verlangen zonder liefde; de fiets als fysieke liefdesmachine.
In de eerste jaren blijft hij bezig met zijn vraagstukken over de liefde, maar tijdens een fietsreis met twee vrienden heeft hij een nieuw inzicht. Er is een liefdesspel tussen zijn twee metgezellen aan de gang en hij is daar als derde persoon bij. Terwijl hij hun liefde als buitenstaander observeert, ziet hij dat zijn eigen ervaring van de liefde niet langer een individuele, maar universele ervaring is. ‘Het spel van de liefde is het spel van het leven, iedereen doorstaat hetzelfde. Ware liefde is hetzelfde als waar geluk en ware vrede. Het is bijna een religieuze ervaring. De essentie van het leven is een gevoel van eenheid met alles om je heen. Het zorgt voor enthousiasme en verwondering voor de wereld. De natuur is geen passief element meer en ook tijd verloopt niet op dezelfde manier. Toen ik dat scherp had voor mezelf, werd dat het object voor mijn kunst.’
Terwijl ik door zijn atelier loop, zie ik verschillende losse sculpturen staan. Het werk van Callender bestaat veelal uit installaties, waarvan hij de losse elementen in zijn atelier maakt. Vaak figuren die mee gaan door meerdere installaties heen en langzaam een eigen leven krijgen. De personages neemt hij steeds mee naar de locaties waar hij zijn installaties maakt en de afzonderlijke elementen samenbrengt. In zijn werk zoekt Yair naar herkenbare vormen, uitingen en emoties die hij als een karikatuur uitvergroot. ‘Je kunt je eraan relateren. Woorden berijpt iedereen, maar als kunstenaar ontwikkel je een nieuwe taal. Je spreekt geen Nederlands of Engels. Hoe zorg je ervoor, ook al verzin je zelf een eigen taal, dat mensen het kunnen begrijpen. Er moet een overeenstemmend element zijn. Daarom gebruik ik menselijke expressies en lichaamsvormen, ze zijn heel universeel en leveren een band met de toeschouwer.’ Dit is ook het geval bij ‘Monument II – Nature’, die ik eerder heb gezien tijdens de tentoonstelling ‘This is the School and the School is Many Things’ bij de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Je ziet een grote gipsen vorm met bovenop een houten frame, bekleed met een soort gaas, later kom je er plotseling achter dat er levende vogels in zitten. Het werk is een ode aan de natuur en onderdeel van een grotere serie monumenten. Ik vraag hem waarom hij monumenten maakt. ‘Mijn monumenten zijn een soort sculptuur voorbij een sculptuur. Het is een overtreffende trap. Dit geldt ook voor ‘Monument II – Nature’, dat ik heropgebouwd en vernieuwd heb vanuit mijn eerdere werk ‘Monument I – Sky’. Vroeger probeerde men het goddelijke te vangen met kunst. Men streefde naar het heilige, probeerde God te vangen in muziek, een sculptuur of de architectuur van een kerk. Maar God is per definitie voorbij de mens. Dus alles wat je doet als mens, is per definitie niet goddelijk. Daardoor veroorzaak je een eindeloos streven wat je nooit kan grijpen. Toch worden er met dat streven bijzondere en unieke dingen gemaakt.’ Met zijn monumenten probeert ook Yair verder te komen en zijn werken richting het onhaalbare goddelijke te duwen. ‘Monumenten vereren iets, maar we hebben eigenlijk geen echte helden meer. We hebben wel een koning, maar om Willem nou op zo een sokkel te zetten, dat is ook niets. Dat heeft niet dezelfde waarde. Dus wat blijft er dan nog over? Voor mij is dat de natuur, de liefde, abstractere zaken.’ Wanneer is iets perfect en kan kunst wel perfect zijn, of blijft het bij een streven? ‘Het kan in ieder geval nog veel perfecter dan wat ik tot nu toe heb gedaan. Het is voor mij een subliem streven.’
Bezoek hier de website van Yair Callender