Gaandeweg het werk betekenis geven – over Yvonne Evers en Margreet Heinen in Circa dit…
De tentoonstelling van Margreet Heinen en Yvonne Evers in ‘Circa dit…’ in Arnhem bewijst dat het als kunstenaar de moeite loont het gebaande pad te verlaten, even stil te staan en te beseffen waar je staat en wat je bestemming is. Hoe ongewis die ook is, het is beter voor het onbestemde te kiezen dan op je schreden terugkeren en door blijven gaan met iets maken waarop je bent uitgekeken.
Yvonne Evers (Westervoort 1955) en Margreet Heinen (Apeldoorn 1960) zijn allebei al sinds hun jeugd actief in de beeldende kunst, met beroepspraktijken in het onderwijs en kunstzinnige vorming. Ze volgden allebei erkende kunstopleidingen en werkten naast hun educatieve beroepsuitoefening aan eigen werk, soms in opdracht maar ook als vrije uitoefening van hun beeldende vermogens. Meer en meer diende zich na verloop van tientallen jaren de behoefte aan om het eigen werk kritisch te bevragen en op een ander niveau een zelfstandige en onafhankelijke invulling te geven. Om daaraan tegemoet te komen werden ze deelnemers aan het programma Upgraders in Art in Arnhem onder leiding van Loukie von Freyburg waar een groep professionele beeldende kunstenaars en beschouwers als begeleiders werkt.
Margreet Heinen die tot dan vooral lessen in modeltekenen gaf en portretten in opdracht schilderde na opleidingen aan de kunstacademies van Kampen en Den Haag kon daardoor eindelijk toekomen aan de noodzaak om een meer persoonlijke beeldtaal te ontwikkelen. Het kwam erop aan dat ze geen rekening hoefde te houden met verwachtingspatronen van anderen, noch van modellen, noch van cursisten, noch van opdrachtgevers. Ze vond de mogelijkheid om de vraag van de buitenwacht naar figuratief werk op het platte vlak om te zetten naar ruimtelijke abstractie met een betekenis die er voor haarzelf toedoet. Haar betrekkelijk kleine sculpturen laten als het ware schaalmodellen zien van onbenoembare plastische objecten waarvan de herkomst raadselachtig is. Doordat ze geometrische vormen combineert met organische materialen en technische constructies met handmatig gemaakte tegenvormen ontstaan tweeslachtige beelden. Vaak vertonen ze een symmetrie in de verhouding tussen vorm en antivorm, tussen vaste kern en vloeibare omhulling, waarbij de spiegeling van het een in het ander de spanning tussen uitersten oplost.
Je zou kunnen zeggen dat het afgietsel dat bij haar uit de mal komt niet representeert wat ze erin heeft gegoten. De uitkomst van haar sculptuur is altijd ongewis. Er wordt een schelp opengebroken en er komt iets tevoorschijn wat niet overeenstemt met het gekende binnenste. Die discrepantie is verrassend en ontregelend. Als je dat op haar persoonlijkheid als kunstenaar betrekt zie je iemand die uit haar schulp kruipt en een gedaante aanneemt die anders functioneert dan in uiterlijk vertoon van haar wordt gedacht. In haar werk keert zij zichzelf binnenstebuiten om in het reine te komen met zichzelf. Een beeld van haar is een harmoniemodel.
Een belangrijk inspiratiebron voor haar is Isa Genzken die net als zij met uiteenlopende materialen werkt. Waar Genzken met dagelijkse gebruiksvoorwerpen een scherpe en speelse maatschappijkritische reflectie laat zien, is het werk van Margreet Heinen amorfer en meer in psychologische zin onthutsend. Er wordt in haar werk iets overwonnen. Wat zij in feite niet kan, zet ze in als haar werkwijze door op bijna kinderlijke wijze daar een eigen vorm voor te vinden. Haar werk komt spelenderwijs tot stand waarmee ze laat zien dat ze aan haar beperkingen voorbij gaat. Van kinderklei laat zich alles maken. Ze omschrijft haar sculpturen als kinderen die dezelfde moeder hebben maar steeds een andere vader. Bij elkaar genomen vormen ze een samengesteld gezin.
Dat kinderlijke aspect speelt ook een rol in het werk van Yvonne Evers, vooral in letterlijke zin. Haar gefiguurzaagde panelen laten figuren zien die zijn ontleend aan houdingen en gedragingen van haar kleinkinderen. Ze zijn weliswaar niet als zodanig te herkennen omdat ze zijn getransformeerd naar fictieve wezens die verwijzen naar mythologie, fabels en sprookjes, maar de persoonlijke verstandhouding is wel voelbaar. Yvonne Evers heeft 34 jaar lesgegeven op een basisschool en werkte daar met haar leerlingen in een eigen atelier met kunstbenodigdheden. Eind jaren zeventig volgde ze de avondopleiding aan de Arnhemse kunstacademie en met haar toenmalige echtgenoot was ze actief in het plaatselijke kunstleven. Als kostwinner had ze verantwoordelijkheden waardoor ze onvoldoende toekwam aan haar eigen werk. Daar heeft ze inmiddels wel tijd er ruimte voor en na een studie aan De Nieuwe Academie in Utrecht sluit ze nu haar derde jaar als deelnemer aan Upgraders in Art af.
Ze groeide op in een gezin met zeven kinderen waarvan zij de vierde was. Anders dan haar oudere zussen die hun aanwezigheid niet onder stoelen of banken staken, was zij een in zichzelf teruggetrokken verlegen meisje dat zich verantwoordelijk voelde voor het welbevinden van anderen. In die hoedanigheid werd zij niet goed gezien en zij herkent dat, vooral ook door haar ervaring in het onderwijs, in het gedrag van kleine kinderen.
Ze zoekt in haar werk naar beelden die invulling geven aan de hiaten van haar eigen jeugd. Wat ze toen verborg brengt ze nu naar voren. De uitsluiting die haar overkwam, compenseert ze met werk dat in tal van opzichten uitgesproken is: in vorm, kleur, energie, stemming en gevoel. Haar panelen en tekeningen laten identificerend werk zien waar je als kijker verantwoordelijkheid voor moet nemen. Wie zie je hier? Hoe kun je iemand recht doen die afhankelijk van je is en desondanks uitsluitend op zichzelf is aangewezen? Haar verbeelding van een jongetje spelend met een netje waarin hij verstrikt lijkt te zijn of waar hij zich misschien ook wel uit bevrijdt, is betekenisvol voor de manier waarop Yvonne Evers een meervoudig beeld laat zien van het kind in ons. Ze laat het niet alleen op zichzelf betrokken zien, maar in wisselwerking met een natuurlijke omgeving. Ze onttrekt het aan kunstmatige beperkingen en neemt het op in een wisselwerking met planten en groen en in relatie tot een lotgenoot.
Margreet Heinen en Yvonne Evers vinden in hun werk een manier om te verbeelden wat onverteld blijft. Zij geven het gaandeweg betekenis. Het is ongehoord wat ze laten zien. Het is maar hoe je het bekijkt.
De tentoonstelling van Yvonne Evers en Margreet Heinen in Circa dit… is te zien t/m zondag 26 juni 2022.