FUCKING SAAI (tot je erbij stilstaat)
‘Pfff, saai, abstracte kunstwerken met weinig kleur’, kun je denken over minimalistische en weinig figuratieve schilderwerken. En poëzie? ‘Suf’, hoor je vaak. ‘Dat is gewoon hoogdravend gepruts met woorden met heel veel witregels’.
Werk dat je direct aan de kant schuift omdat het je niet een-twee-drie een kant-en-klaar beeld voorschotelt heeft misschien wat meer aandacht nodig. Wat gebeurt er als je er wat langer naar kijkt en het wat meer tijd gunt?
hier gebeurt niets, alles is vlak
we lopen in rechte lijnen
en alles is plat
het ging zo: eerst waren er hutten, huizen
villa’s, complexen en flats
we hadden bereik tot in de wolken
je kon duiken in de atmosfeer
als je er geld voor had
(hele gezinnen schoten zichzelf
in een raketje naar de maan
en bleven daar)
maar nu is alles plat
we lopen in rechte lijnen
wat rond is, is variabel
wat recht is, is bekend
we stippelen de kortste routes uit
blijven laag, bouwen ondergronds ons huis
zodat geen enkel gevaar ons ziet
we lopen in rechte lijnen
alles is plat, alles is vlak
hier gebeurt niets
denk jij dat de zee blauw is en het zand wit?
denk je dat de vissen zwemmen
en de vrouw ligt?
denk je dat herhaling enkel toeval
en het verleden onvervangbaar is?
dat wachten loont
elk verspild uur betekenis heeft
en dat het met de wereld wel goed zit?
dan ben je zo iemand die onder het ijs overlijdt
omdat je zwemt naar het licht
terwijl de uitgang van een wak
juist donker is
windmolens draaien
de wind naar de akkers
de zee naar het land
de polder naar de stad
windmolens draaien zielen naar de dood
rood naar groen
groen naar grijs
oud naar nieuw
ze draaien helden naar de nood
ik weet een plaats
waar geen voertuig komt
de schepen stranden
vliegtuigen vallen
waar je van de kaart verdwijnt
no contact on the radar
– missie vertraagd –
windmolens bewegen hard in de wind
geven door, draaien weg
de wind is sprakeloos
heeft grote taken
maar geen plek
het is niet dat de lucht niet blauw is
en de zomer niet warm
het niet is niet dat ik je ogen ondiep vind
en je handen te klam
het is niet dat je huid niet glad is
je haar niet gekamd
dat het asfalt te hard is
en de muren te zwak
het is alleen:
1. dat je niet weet hoe je de kou
– die op de noordpool even sterk is
als in mijn vingers –
moet verklaren
(je moet temperaturen niet omschrijven
graden zijn bedachte termen voor wie niet weet
wat te heet is en wat bevroren)
2. dat je niet weet hoe je me moet doden
terwijl ik je vlees kan leveren
en zelfs mijn handen dik zijn
mijn lichaam opgezwollen is
(je moet temperaturen niet omschrijven
mijn lichaam is kouder dan het jouwe
warmer dan je nodig hebt
verser dan elk willekeurig hert)
het is niet dat de lucht niet blauw is
het is alleen dat je niet weet hoe de kou
mij moet doden
de verwarming loeit
slaat aan
tikt de stille kamers kaal
de kou blaast van buiten
de ruimtes in
zij loopt er blootsvoets
hij zonder kleding
ze zijn thuis in kamers
zonder ramen
het is nooit onderhouden
de kamers zijn een grote zooi
en toch leven ze hier beter dan ooit
slapen beter, lachen vaker
het is hun kader:
ongebruikelijk, maar bruikbaar
en ze leven ernaar
leven in ontkenning
voornamelijk ‘s nachts
je bent pas thuis als je gewild had
dat je er eerder geweest was
Tim dacht in lijnen
zag dat alles werd geweven
aan elkaar kleefde
alles leefde
zachte overlap had
elkaar kruiste
in elkaar huisde
alles in raster
elkaar betastte
in elkaar paste
(al het vaste)
alles barstte
Tim dacht in lijnen
en zag dat alles wat leefde
elkaar kruiste
elkaar betastte
hij zag als eerste
hoe alles barstte