Een meevaller – Vuilnisman
‘Je moet schoenen met stalen neuzen dragen, oude kleren aan en hier om kwart voor zeven zijn. Dan kan je mooi een koffie drinken met de mannen en krijg je van mij een hesje zodat je in ieder geval opvalt,’ zegt een man vanachter zijn bureau.
‘Gaat het zo makkelijk?’ vraag ik, voorbereid op een ondervraging van minstens twintig minuten.
‘Ja.’ De man is groot en kaal. Hij slaat zijn armen over elkaar, leunt iets naar achter en maakt een wegwerp beweging met zijn hoofd.
Pas nu merk ik dat er vijf andere mannen in het kantoor staan. Afwachtend, in het oranje, wegkijkend als ik hen opmerk. Voor de zekerheid vraag ik of de grote man er dinsdag ook is.
‘Ja zekers, tenzij ik de lotto win, dan ben ik weg!’ roept hij en schudt van het lachen.
–
‘Dit is geen vrouwenwereld,’ roept een dikke man in de garage. Met een harde lach strijkt hij zijn bruttels glad.