Een handeling op pauze – A burning bag as a smoke-grey lotus
Zacht geruis uit een kooi met vissenvoer.
Een fluisterende belofte, van wat mogelijk komen gaat.
De objecten lokken uit, honen door een niet gesloten deurtje.
Raak me aan, pak me, zet me in gang.
Een opgesloten activiteit, een handeling op pauze.
Bedachtzaam opgestelde pareltjes, rust.
Olijfgroene kooien in een wachtruimte.
Bij elke deuropening of een klik van een hak,
hoop ik op de spelers van het spel der dagen.
In een installatie van zes kooien van hout en kippengaas staan aandachtig gerangschikte objecten, instrumenten die geluiden van de dag produceren. Ze staan daar, in afwachting van hun spelers, spelers die komen en gaan volgens hun eigen ritme. Achterin elke kooi hangt een achtergrond van canvas, beschilderd met inktvisinkt, cement en tempera, visvoer, rattengif, bladeren en motorolie. De vloeren zijn van zand, water, cement, platgedrukte aarde, asfalt en tapijt. Ik ben in Stroom Den Haag, bij de tentoonstelling van Gareth Moore .
De performances worden uitgevoerd door contacten van Stroom, geïnstrueerd door Moore over het gebruik van de schelp met fluit, de ventilator met een lapje stof en belletjes, de tuinslang en het kratje met fruit en snaren. De uitvoerenden zijn musici, geluidskunstenaars maar ook mensen met een spirituele achtergrond zoals mindfullness of yoga. De geluidskunstenaars en muzikanten reageren op elkaar, de spirituele performers zitten meer in hun eigen wereld zo vertelt een medewerker van Stroom mij,. Moore heeft het zo bedoeld: ieder dagdeel heeft zijn eigen set aan instrumenten die aangehouden moet worden, de invulling van de verdere uitvoering is vrij voor de spelers. Hij heeft zich met deze installatie gericht op de helende werking van geluidstrillingen, al dan niet hoorbaar. Het staat niet ten dienst van het publiek, maar moet vooral van waarde zijn voor de uitvoerders.
Naast elke kooi ligt een kleedje, ter grootte van een deurmat, deze zien er aandoenlijk uit Hier doen de performers hun schoenen uit en laten ze staan, voor zij hun vitrines betreden. Op een enkel matje ligt een kwast, een doosje mondstukjes voor een blaasinstrument, of een apparaatje. De objecten roepen zonder geluid door de kooien naar mij als toeschouwer, ze zien er aanlokkelijk uit, klaar voor gebruik. Zo aanlokkelijk, dat een bezoeker eens tijdens een performance een van de kooien instapte en instrumenten zelf ging bespelen, naar het schijnt. Ik zou hem graag volgen, vooral omdat één deurtje op een kiertje staat, maar ik hou me in.
Dit theater van attributen is een stilte voor de storm, een bordspel zonder spelers, een bevroren danser op een podium. Alles wacht in spanning af: het kunstgebit liggend op een roze kist met een microfoon, een stuk fruit omhoog kijkend tussen een aantal gespannen koorden door en een krukje met klamme pootjes geweekt in het water,
Alle boxen ruisen dat ze wachten op een orkest van gewoonten om hen te wekken uit hun slaap. Ik verlaat het museum voor de morgen aanbreekt en het geweld van instrumenten losbarst.
A Burning Bag As A Smoke-Grey Lotus
Gareth Moore
Stroom
Hogewal 1-9
Den Haag
5 juli t/m 20 september 2015