De dubbelzinnigheid van goede intenties | Bezoek aan Huis Marres
Vandaag de dag is het haast een cliché geworden om Trump te ‘personificeren’ in de hedendaagse beeldende kunst. Het idee dat kunst een antwoord moet geven op politieke statements en een bepaalde bewustwording moet creëren door te choqueren lijkt te veranderen door dat effect. Het bezoeken van de zesde jaarlijkse, groepstentoonstelling Currents in Huis Marres Maastricht – met recent werk van afgestudeerden aan Belgische, Nederlandse en Duitse academies – leert je andere vragen te stellen en geeft al helemaal geen letterlijk antwoord. Het bekritiseert niet elke maatschappelijke verandering en gaat niet over de muur tussen Mexico en de VS, maar juist over hoe het voelt om een buitenstaander te zijn. Good Intentions belicht een andere kant van onder andere deze vaak besproken clichés door een persoonlijk verhaal te vertellen.
De titel van de zesde Currents is afgeleid van het gelijknamige werk van Liesel Burisch waarin zij het seksistische imago van twerken bevraagt. Op een groot scherm op de donkere zolder van het authentieke pand bewegen de billen van een witte danseres hevig heen en weer terwijl we haar horen praten over het beroemde fenomeen. Hoewel de dansbeweging stamt uit 1820 en in 1900 zijn intrede deed in de muziekwereld vanuit de Amerikaanse stad New Orleans, werd het pas echt populair toen Miley Cyrus het toonde bij de MTV Video Music Award in 2013. Haar actie had het gevolg dat de oorspronkelijke Afro-Amerikaanse dansstijl werd over genomen door de witte Europese vrouw en het in 2014 officieel werd opgenomen in de Van Dale.
Wat betekent het wanneer een witte vrouw twerkt en wanneer een donkere vrouw dit doet?
Hoewel de originele dans zich niet alleen focust op de billen, is dat wel enkel hetgeen dat is overgenomen. De van oorsprong genoemde dans ‘twirk’ richtte zich op de soepele heupen die nodig zijn om de draai en trek bewegingen te kunnen blijven herhalen, en dus niet alleen op het ‘achterwerk’. Twirken was niet bedoeld om seksueel uit te dagen zoals het daarvan afgeleide twerken dat wel doet. De vraag die Burisch stelt met haar werk heeft betrekking op actuele cultural appropiation-discussies, want wat betekent het wanneer een witte vrouw en wanneer een zwarte vrouw dit doet? In de film horen we de danseres dit soort vragen beantwoorden. Ze beargumenteert uitgebreid en stellig haar visie wat betreft twerken als een feministische uiting terwijl ze tegelijkertijd de bewegingen demonstreert. Een tegenstrijd die door te luisteren het seksisme ontkracht maar door te kijken bevestigd.
Maar de film van Burisch gaat ook over het kopieergedrag van de jongere generatie. Hebben zij werkelijk een idee van wat zij doen en welke cultuur zij kopiëren terwijl zij twerkend in de club staan? Het werk van Joris Verleg zal dan ook om die reden in de kamer tegenover het werk van Burisch zijn geplaatst door de drie curatoren Marian Cousijn, Anne Ruygt en Bertan Selim. Want in de jongere, puberende jaren van ons leven zijn we vooral bezig met het definiëren van onze eigen plek in deze wereld. We doen beschamende uitspattingen die we ons pas beseffen wanneer we denken volwassen te zijn, de mening van andere ‘boeit’ niet zoveel en ouders laten ons vooral kind zijn binnen de beschermende grenzen die ons behoeden voor de toch wel harde wereld. Maar toch lijkt het tegenwoordig normaal te zijn om een 10-jarige bloot te stellen aan deze dubbelzinnige ‘good intentions’ van de duizenden meningen van anderen. Verleg toont in zijn installatie enkele van de miljoenen, dagelijks geüploade vlogs van kinderen op YouTube. ‘Hi, i’m Chelsey and this is my first vlog.’ spreekt een van de piepjonge, maar toch wel erg vrouwelijk ogende, meisjes.
Heel gemakkelijk en alsof het de normaalste zaak van de wereld is, kopiëren de kinderen vlogs van beroemde, volwassen influencers. Ze showen hun OOTD, Outfit Of Today, of laten hun dagelijkse make-up routine zien. Verleg laat op de schermen zien dat ouders hun kinderen bewust meenemen in deze ‘big world’ door wekelijks filmpjes te uploaden over de dagelijkse bezigheden van hun gezin. Het is dan ook gek dat er een referendum over de inlichtingenwet wordt gehouden en we massaal een discussie beginnen over ‘mijn privacy’. Dit is een bespotting van ons eigen gedrag en een eigenlijke bevraging van de esthetiek van het internet. Verleg toont het gevaar van het openbaar maken van ‘jouw privacy’ en bevraagt ook de grenzen van dit begrip, maar bespreekt vooral het gevaar van het verlies en de eenvormigheid van jezelf blootgeven en presenteren op het internet. Want als je in de bloei van je zelfdefinitie bent, moet je je dan wel blootgeven aan de maatstaf van het internet?
Hoe goed iets ook bedoelt kan zijn, het kan een heel ander gevoel geven alleen zien we dit pas wanneer we de ander zijn bril opzetten; kijken met een andere blik verruimt je beeld. Deze gedachte had de Iraanse Nasrin Tork wellicht toen ze in de herfst in België kwam studeren. Voor een raam op de tweede verdieping van Huis Marres staan een aantal weckpotten met daarin kastanjes badderend in een bruinige vloeistof. Daartegenover staan verschillende stapels bakstenen met daarop een kommetje en een magnetron. Aan de muur hangt een recept, ‘Samanu is een zoete pasta gemaakt van tarwekiemen. Het is een traditioneel recept dat zijn oorsprong vindt in pre-Islamitisch Perzië’ lezen de eerste zinnen.
Ze gaf haar Iraanse blik op een cultuur waar ze instapte en gebruikte voedsel als communicatiemiddel.
Tork onderzoekt hoe een cultureel gerecht een vorm binnen de kunst kan aannemen en het verschil in cultuur en een bepaalde mentaliteit die daarmee samenhangt. Toen zij aankwam in België lagen de kastanjes in grote hoeveelheden voor het oprapen onder de bomen en tegelijkertijd waren deze in Iran verkrijgbaar voor veel geld in de winkels. Een tegenstrijd die een verschil aangeeft tussen haar thuisland en haar studieland. Van de kastanjes die voor het oprapen lagen maakte ze Torshi en Samanu, twee Midden-Oosterse gerechten. Ze gaf haar Iraanse blik op een cultuur waar ze instapte en gebruikte voedsel als communicatiemiddel. Het is een persoonlijk verhaal over hoe het voelt om een thuis te creëren op een plek waar alles vreemd is. Dat gaat niet alleen over het simpele voorbeeld van de kastanjes, maar vooral wel over het eigen maken van hetgeen dat anders en nieuw is.
Currents #6: Good Intentions toont ook het werk van Bert Snaterse, Pati Petrykowska, Kim Nuijen, Pavel Balta, Sjoerd Houben, Constance Proux, Eric Patel, Anna Rubens, Yorgos Maraziotis, Susanne Khalil Yusef, Alexey Shlyk, Jonas Brinker, Nimrod Karmi en Elena Aya Bundarakis. De tentoonstelling is nog tot en met 10 februari te zien. Die dag zal er een performance van Nasrin Tork en Pavel Balta zijn, bij zijn werk Ice Cream Man is er de mogelijkheid je ziel te verkopen voor een uniek keramisch ijsje.