De bloemen fontein van Worpsweide
Het glimmende stuk hout is prominent aanwezig. De structuur van de jaarringen dringt zich op aan het blikveld van de toeschouwer. In eerste instantie lijkt het om een bewegingloos stuk hout te gaan. Na een aantal seconden begint de vorm van het hout echter te veranderen. Langzaam en geleidelijk neemt het blok de gedaante van een gezicht aan. De neus en mond worden zichtbaar, de kleur van het donkere materiaal wordt lichter en op de plek van de kin beginnen haartjes te groeien. Dit is het begin van een film van de Gruyter en Thys in 1646.
‘Een houten hoofd betekend in Nederland het hebben van een zware kater. Misschien is de hele film wel een kater die is veroorzaakt door slechte alcohol. Gif dat eet aan je lever’, zo spreekt het kunstenaarsduo Jos de Gruyter en Harald Thys. De film heet De bloemen fontein van Worpswede. Het is een absurdistische film waarin vijf personages meerder malen worden gefilmd in de zelfde ruimte, soms samen, soms alleen, soms van een afstand en soms van heel dichtbij. Ze spreken niet en maken geen geluid. De enige stem in de film is die van een computer, emotieloos, vaak onverstaanbaar.
Op het scherm is een vrouw aanwezig met slordig paars gestifte lippen die stijf op elkaar zijn gespannen. Naast haar zit een man, hij kijkt recht voor uit, de vrouw staart naar het plafond. Terwijl de vrouw knippert, schalt er een computerstem door de galerie. Er was eens een kip, de kip heette Jaap. De stem lijkt los van de beelden te staan. Evengoed als de man en de vrouw geen contact hebben met elkaar.
In een interview gepubliceerd door galerie 1646 vertellen Gruyter en Thys dat ze een film wilden maken over hersenloze mensen in een hersenloze wereld. Deze mensen communiceren niet waardoor alles wat de toeschouwer ziet nietszeggend en zinloos overkomt. De Gruyter en Thys maken een vergelijking met onze huidige maatschappij. De Gruyter: ‘’Ik denk dat we teruggaan naar de tijd van de Neanderthalers’’. Ze leggen uit dat mensen dommer worden, minder communiceren en vaker zinloze dingen doen. Ze maken eerst foto’s van hun eten voordat ze het opeten. Hun poep moeten ze eerst vastleggen voordat het wordt doorgespoeld.
Twee mannen in een geruit overhemd met zowel een Canadees als USA vlaggetje erop gestikt staan in een witte ruimte. Ze hebben een oranje huidskleur. Zijn ze broers, geliefden of misschien vrienden? De twee personages hebben geen emotionele relatie met elkaar die kan worden opgemerkt, het antwoord blijft in het midden. Tussen hen in ligt de vrouw met de slordige lippenstift op een ligstoel. Daarnaast staat een oudere vrouw met een zonnebril, haar hoofd bedekt door een capuchon. De personen staren en kijken naar elkaar zonder op te merken waar ze naar staren. Er is geen mentaal contact, geen diepere laag, geen begrip. Het enige fysieke contact is dat van een houten stok waarmee het personage met de capuchon prikt in de buik van de liggende vrouw. De tekst van de computerstem die is abstract; ‘’Hey prinses haal eens bier’’. Moet de toeschouwer nu lachen? Is het door de totale waanzin grappig? Of is het pijnlijk? Het doet denken aan mensen op het perron, ieder kijkend op hun smartphone zonder de omgeving op te merken. Het mobieltje is hun houten stok, het enige middel waarmee ze contact maken met anderen.
Aan het einde van de film staart de vrouw met haar uitgelopen lippenstift onbewogen voor zich uit. Haar gezicht lijkt stil te staan en is ingezoomd. Haar pokdalige huid is scherp in beeld gebracht, het voorhoofd is nat van het zweet en bruine haren krullen vettig om haar gezicht. Haar uiterlijk ziet er triest en onverzorgd uit.
Is dit de kater waar Gruyter en Thys eerder over spraken? Een kater die zich uit door de gestalte van een apathische vrouw met puistjes? Een vrouw die meer weg heeft van een robot dan van een mens. Dan is onze huidige maatschappij de slechte alcohol met haar onzinnige ontwikkelingen en zinloze activiteiten. Gruyter en Thys laten in deze absurdistische film een beeld zien van groepscohesie. Een samenkomst die triest is, gespannen.
Het gezicht begint langzaam van kleur te veranderen. Haar gelaat wordt donker en lijkt te verharden. Langzaam transformeert de vrouw naar een stenen standbeeld. Er is maar weinig verschil tussen het ijskoude steen en de vrouw van vlees en bloed.
De film De bloemen fontein van Worpsweide van Jos de Gruyter en Harald Thys is nog tot en met 12 oktober te zien bij 1646 in Den Haag. Voor meer informatie kijk op de website van 1646.
Installatie foto’s: Courtesy: de kunstenaars en de galeries Isabella Bortolozzi, Berlijn, Micheline Szwajcer, Brussel, en 1646, Den Haag
Beeldwies: Courtesy: de kunstenaars en de galeries Isabella Bortolozzi, Berlijn, Micheline Szwajcer, Brussel, en 1646, Den Haag