Avatars in de watertoren
Niet elke kunstvorm leent zich om te worden tentoongesteld in de watertoren: in het vochtige binnenklimaat gedijen vele kunstuitingen slecht. Foto’s trekken krom en schilderijen en tekeningen gaan lubberen. Keramiek kent deze nadelen niet. Bovendien is er in Nederland nog niet echt een podium voor keramische sculpturen. ‘Daarmee zou Stadskanaal iets unieks in huis hebben’, zeggen de beide initiatiefnemers.
Dit is wat ik lees over de tentoonstelling van Chris Baaten in Stadskanaal. Daar gaan we verder niet pietluttig over doen, en ik weet dat het schoolkrantachtig is om een bezoek aan een tentoonstelling te kleuren met couleur locale maar mijn bezoek aan de watertoren in Stadskanaal gaf zoveel meer dan alleen de kunstwerken van Chris Baaten.
Als ik op mijn fiets kom aanrijden is de watertoren dicht en een bordje verwijst me naar het streekmuseum. Daar om de hoek zitten drie vrijwilligers met koffie en cake op bezoekers te wachten. Een van hen roept de conciërge, meneer Krops, die voor me uit fietst naar de watertoren, met een geldtrommel onder de snelbinders. Hij opent de dikke deuren en laat me binnen. Op vier verdiepingen staan de beelden van de Amsterdamse kunstenaar Chris Baaten, niet alleen keramiek maar ook in strepen geschilderd hout, papier, styrofoam en allerlei andere materialen.
Steile trappen voeren de hoogte in, langs sculpturen die vanuit verschillende tijden en streken hier lijken te zijn neergedaald. Een profetische figuur wijst met zijn ene hand in de lucht om zijn verhaal kracht bij te zetten, een soefie danst rondjes in haarscherpe gesneden lijnen van lichtblauw schuim, een monument van een rugbybal op een sokkel met ‘plaquette’ doet denken aan de onderscheidingen en gedenktekens uit het Russiche communisme. Het jaren ’60 gevoel van kleurige abstracte vormen wordt weer verdrongen door de vouwen en plooien die de Barok doen herleven.
Op de eerste verdieping is het ingewikkeld buizenstelsel van de watertoren blauw aangelicht en het beeld dat er in z’n eentje is neergezet vertoont in zijn open structuur wel enige gelijkenis. In de schaduw op de muur openbaart zich weer een man met opgeheven hand. Execute is de titel van een vreemde snuiter met een soort paddenstoelenhoofd, plak van keramiek hangt voor zijn hoofd. Op een driedelige sokkel mediteert een lichtblauw geplooide figuur ingetogen. Tegenover hem balanceert een verkreukelde man op een open structuur.
Als ik na lange tijd weer beneden kom loopt de suppoost al lezend heen en weer, zijn boek bevat de ‘De wonderlijke geschiedenissen van de 17e eeuw’. Hij fietst weer mee terug naar huis ter Marse, het streekmuseum dat in Stadskanaal ook wel ‘het besmette huis’ werd genoemd, omdat de eigenaren zich tijdens de tweede wereldoorlog aansloten bij de NSB en daar de hoogste regionen bereikten. Mussert logeerde er als hij het noorden bezocht. Maar, zo vertelt de suppoost, de eigenaar heeft nooit iemand verraden, de eigen streek ging toch voor het nationale gevoel. De man was dus weliswaar fout in de oorlog, toch accepteerde de gemeente zijn legaat, de grote villa, zonder problemen en maakte er een museum van. Een foto van de eigenaar samen met zijn vrouw en drie honden staat op een richeltje. Hij kijkt ons recht aan, de benen wijd gespreid zoals mannen wel vaker doen, mannen die denken dat ze de wereld bezitten.
Chris Baaten is eerder een kluizenaar dan man van de wereld, een bescheiden mens. Jarenlang woonde hij in IJmuiden met om de hoek de visafslag en iets verder weg de duinen. Invincible, onoverwinnelijk, heet een serie beelden. Onoverwinnelijk op het terrein waar de innerlijke kracht heerst. Daar in die watertoren waar ik steeds een trap hoger moest klimmen en mijn hoogtevrees mijn knieën deed knikken gaf ik mezelf steeds een mentale duw. Helemaal boven in de toren keek ik zwetend naar de verte. Angst. Al traplopend spookten er vreemde zinnen uit een boek over ‘de mysterieuze krachten in de sport’ uit 1944, door mijn hoofd. (ik heb dat boek net gelezen) ‘Zijn geest, zijn gedachten, zijn brein, zijn gemoed en zijn begeerten waren uitsluitend bij de versterking van lichaam en spier.’ De ouderwetse taal brengt een actuele boodschap die destijds volstrekt nieuw was; dat overwinnen in de sport niet alleen een kwestie is van hard trainen maar vooral ook van mentale kracht. ‘De spier, de ontwikkeling van de spier, ondergaat de kracht van de bijstand der gedachte, de assistentie van de geest: In tijdsduur was de oefening van onzen jongen vriend gering, doch zij was belangrijk door de intensiteit. Hij sprak tijdens zijn oefeningen geen woord. Er bestond dan niemand en niets voor hem. Hij keek als het ware met enthousiasme naar zijn vuist, naar onderarm, bovenarm of borst. Hij hield het oog gericht op zichzelven, op het doel. Hij ging geheel in zichzelven, dat is in zijn doel.’ Iets van die mysterieuze kracht, een ook dat wat ouderwetse zweeft rond de beelden van Baaten.
De titel van de expositie You and me voert me de ruimte binnen en de figuren met namen als Onoverwinnelijk, Execute en Whirl willen mij deelgenoot maken van het mysterie, ze willen mij meevoeren in hun dans, hun voorspraak, hun wereld. Als avatars zijn ze neergedaald in de watertoren, ieder met een identiteit die te maken heeft met een onoverwinnelijke kracht. Chris Baaten ziet het als een sublimatie van het eigen onvermogen. Iconen uit verschillende tijden ontmoeten elkaar, want die kracht kan zich op verschillende manieren manifesteren. Een avatar uit een computerspel verslaat vijanden en springt onmenselijk hoog en ver, even wonderlijk als de heilige uit het christelijke geloof die zieken op onverklaarbare wijze zieken geneest en bemiddelt tussen mens en God. Met hun zilverluster, hun schuim gespoten geplooide figuren, sokkels van verschillend materiaal, zijn de beelden van Chris Baaten zeer materieel aanwezig. Steeds is er die spagaat van de materie en geest, wervelend, gebarend, vertellend. De draaiende krachten van soefies, profeten die ons willen laten zien hoe we ons leven het beste kunnen leiden, het goede doen. Geestelijke doping werden deze krachten in het Soefisme genoemd. De mens die gelooft, in de toekomst, in het mens zijn, in het niets doen of iets doen, het geloof van de ideologieën die ons niet verder brachten maar toch minstens het geloof in de zoektocht. Het mysterie de mentale kracht. Die kracht kan je meenemen op de vleugels van de kunst of laat je naar beneden laten vallen, van de bovenste rand van de watertoren met het verre uitzicht naar beneden.