Atelierbezoek: Ineke Damen
Bij het zien van de schilderijen van Ineke Damen (Hilversum 1964) weet je niet waar je kijken moet. Haar middelgrote doeken bevatten zoveel figuratieve elementen dat ze in samenhang met elkaar een orde in ordeloosheid vormen. Zo is haar schilderij ‘Class’ een aaneenschakeling van taferelen waarin wordt onderwezen en geleerd. Het is ondoenlijk om het schilderij te beschrijven, omdat ieder onderdeel een zelfstandige uitwerking kent en samen vormen ze een commentaar op elkaar. Ineke Damen volgde van 2013 tot 2018 een schilderopleiding aan De Nieuwe Academie in Utrecht, twintig jaar nadat ze aan de HKU was opgeleid tot fotograaf. Ze transformeerde de registrerende blik van de fotografie tot de denkbeeldige observatie van de schilderkunst.
Voordat Ineke Damen op haar 25ste aan de studie fotografie aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht begon had ze opleidingen verpleegkunde en creatieve therapie gevolgd. Ze koos gevoelsmatig voor een kunstopleiding in de fotografie vanuit een documentaire belangstelling voor de werkelijkheid om daarin een onderscheid te kunnen maken tussen mooi en lelijk. Het was haar manier om in beeld te brengen hoe ze zich verhield tot het leven en de werkelijkheid, met name tot de Nederlandse cultuur. Haar oog viel daarbij op het onaanzienlijke en het vanzelfsprekende. Zo betrof haar natuurfotografie, zoals ze zelf zegt, ‘de natuur met een kleine n’. Ze zocht het ongerijmde in het gewone.
Ineke Damen bouwde voorzichtig een eigen fotopraktijk op, maar slaagde er niet in om daarmee in de kunstwereld een vaste positie te verwerven. Ze ging samenwonen en kreeg een dochter. Een paar jaar later eindigde deze relatie en besloot ze zoveel mogelijk aandacht te besteden aan de opvoeding van haar dochter door haar een stabiele basis te bieden. Ze ging werken bij de GG&GD in Utrecht en haar fotografiepraktijk verdween naar de achtergrond. De tijd die zich voor zichzelf had besteedde ze aan haar belangstelling voor de schilderkunst. Ze ging zelf thuis schilderen en nam deel aan activiteiten van de organisatie Buitenkunst. Zo kwam ze erachter dat ze met het schilderen verder wilde, hoewel ze bij haar werkgever een zekere carrière maakte en daar ook veel voldoening in vond. Ze was bijna vijftig toen ze toch de stap zette van de schilderkunst serieus werk te maken en zich aan te melden bij De Nieuwe Academie Utrecht. Na haar afstuderen huurde ze meteen een atelier en sinds 2019 werkt ze in de Vlampijpateliers in Utrecht.
Ze was bijna vijftig toen ze toch de stap zette van de schilderkunst serieus werk te maken
In het schilderen ontdekte Ineke Damen dat ze haar eigen stijl kon nastreven zonder zich iets aan te trekken van de werkelijkheid. Haar figuratie kent nauwelijks realisme in de zin van anatomisch correct weergegeven lichamen. Zij is in staat door vervorming van lichaamsdelen de geloofwaardigheid van haar figuren te versterken, een goed voorbeeld daarvan is de veel te lange linkerarm van een dansend meisje in ‘Announcement’. Die lange arm bevestigt de onbeholpenheid van alle andere onderdelen in het schilderij en brengt ze virtuoos met elkaar in evenwicht. Inmiddels heeft ze zo’n twintig kleine en grotere schilderijen gemaakt. De kleine doekjes tonen enkelvoudige onderwerpen zoals het in grijzen en spaarzaam roze uitgevoerde ‘Image’ waarop een tafelspiegel te zien is, of het in uitgesproken kleuren geschilderde portretje ‘Snowwhite’ waarin Sneeuwwitje een vloeistof in het gezicht gesmeten krijgt. Nu stak Ineke Damen zelf in haar jeugd met haar ranke gestalte, bleke huidskleur en ravenzwarte haar Sneeuwwitje naar de kroon en lijkt ze in dit semi-zelfportret een straf te ondergaan voor iets waar ze zelf niets aan kan doen.
Zij is in staat door vervorming van lichaamsdelen de geloofwaardigheid van haar figuren te versterken
In haar grotere doeken van 150 x 200 cm toont Ineke Damen kleurrijke, caleidoscopische composities van samenhangende scènes die over elkaar heen tuimelen. Het zijn composities die in de hedendaagse Nederlandse schilderkunst uitzonderlijk zijn en die terug te voeren zijn op de rommelige, huiselijke taferelen van Jan Steen of de overdadig ingevulde helse en hemelse scenes van Jeroen Bosch. In de eigentijdse kunst sluit haar werk aan bij de schilderijen die zich voordoen als historiestukken zoals die door leden van de Neue Leipziger Schule (Neo Rauch, Matthias Weischer) worden vervaardigd.
Opvallend is dat de schilderijen zich niet voltrekken in een duidelijke, afgebakende ruimte. Het schilderij ‘White Cube’, dat alleen al door de titel iets anders doet vermoeden, speelt zich af in een ruimte die geen ruimte is. Het bestaat uit een bonte collage van over elkaar heen geplaatste figuren. Ze zijn omgeven door architectonische elementen, planten en bloemen en verluchtigd met afbeeldingen van een aantal kleine schilderijen van Ineke Damen zelf. Wat zich waar bevindt is nauwelijks te bepalen. Eenheid van tijd, plaats en handeling is in dit werk ver te zoeken.
In de eigentijdse kunst sluit haar werk aan bij de schilderijen die zich voordoen als historiestukken.
De picturale kwaliteit van het werk van Ineke Damen is eigenzinnig en verwonderlijk. In de uiterlijke verschijningvorm van haar schilderijen gaat een opvatting schuil over de moderniteit van ons bestaan zoals geformuleerd door Bruna Latour in ‘Oog in oog met Gaia’. Met hem laat Ineke Damen zien dat we nooit modern zijn geweest. In beeldassociaties toont ze aan dat we in ons voorstellingsvermogen schatplichtig zijn aan een onontkoombaar verleden. Om haar ideeën hierover te toetsen maakt ze niet alleen haar schilderijen maar verdiept zij zich in tekst en theorie omtrent de betekenis van de kunst waarvoor ze onder meer de cursus Art & Politics van BAK volgde.
Geen schilderij is een logisch kloppend geheel, maar voldoet in de differentiatie van de uiteenlopende figuratie aan een noodzakelijke samenhang. Opvallend is het veelvuldig verschijnen van exotische vogels in de schilderijen. Ze hebben veelal niets te maken met het geschilderde onderwerp als zodanig. Ze zijn vooral een vreemde eend in de bijt. Zo kunnen we een uiltje in ‘Class’ nog wel plaatsen, maar de groene vogel die vanuit de rechterbenedenhoek van het schilderij het geheel beziet is een bevreemdende verschijning. Er is wel een verklaring voor, want als Ineke Damen naar de betekenis van de vogel wordt gevraagd, zegt ze: “Misschien ben ik zelf die vogel wel.”
Daarmee maakt ze opeens heel veel duidelijk over de intenties van haar werken. Ze is een vreemde eend in de bijt. In ‘Class’ zien we veel leerlingen die hun onderwijzers aanhorend in slaap dommelen. Het lijkt een stil verzet tegen datgene wat door anderen aan haar als kunstenaar wordt opgedragen en voorgehouden. Ineke Damen zet er een droomwereld tegenover.
Zie: www.inekedamen.nl