ARCH04547, Bewijs of documentatie? – De Revolutionaire Anti-Racistische Actie en het archief
Pieter Paul Pothoven deed onderzoek naar RARA: de Revolutionaire Anti-Racistische Actie. Hij werkte hiervoor nauw samen met de (oud) activisten en verzamelde alle mogelijke informatie in een archief. Daarnaast maakte hij diverse werken over RARA. ‘We werkten aan de parameters van het project. De belangrijkste: RARA moet anoniem blijven. RARA blijft ra-ra. Niets mag terug te voeren zijn op personen.’
Op 11 april 1988 viel de politie negen kraakpanden in Amsterdam binnen en arresteerde acht personen die verdacht werden van betrokkenheid bij RARA – de Revolutionaire Anti-Racistische Actie – een activisten-collectief dat tussen 1985 en 1988 aanslagen pleegde op bedrijven die zaken deden met apartheid in Zuid-Afrika, zoals Shell en Makro.
‘Wij hebben vannacht een onderdeel van het Nederlands zakenimperium in Zuid-Afrika hier aangevallen. Veranderingen vergader je niet bij elkaar in een parlement. Veranderingen moet je bevechten door hier – in het hart van het imperialisme – al die economische, politieke en militaire instituten aan te vallen, die de onderdrukking hier, en elders mogelijk maken. Daarin ligt de gezamenlijkheid van onze strijd, ons enige perspectief en onze onvoorwaardelijke solidariteit met de strijders in Zuid-Afrika.
STEUN DE REVOLUTIE IN ZUID-AFRIKA EN VORM HET FRONT IN EUROPA’ [1]
Na vier aanslagen op Makro-warenhuizen – 150 miljoen schade en geen gewonden — wilde de verzekering de Makro niet meer dekken, weigerde de overheid garant te staan, en zag de SHV, moederbedrijf van de Makro en eigendom van de steenrijke familie Fentener van Vlissingen, zich genoodzaakt om zich terug te trekken uit Zuid-Afrika. Een onverwacht succes in de strijd tegen Apartheid.
Op de dag na de huiszoekingen noemde politiewoordvoerder Klaas Wilting de arrestaties een succes omdat het ongrijpbare RARA ‘uit de anonimiteit’ was gehaald. Nog voor dat de verdachten zelf wisten dat ze gearresteerd gingen worden, stonden de persfotografen al klaar om hen zichtbaar te maken. Twee arrestanten stonden dezelfde dag nog met de handen geboeid en een zwarte balk voor de ogen op de voorpagina van De Telegraaf.
Alle verdachten zwegen. Zeven van de acht kwamen vrij door gebrek aan bewijs. Alleen van R werden sporen gevonden. Op basis van een vingerafdruk op het tijdsmechanisme van een brandbom en verfsplinters op een stuk plakband die overeenkwamen met missende verf op een deur die hij gebruikte als werktafel, veroordeelde de rechtbank R tot vijf jaar gevangenschap. Op 10 januari 1989 diende het hoger beroep van R tegen de staat. Volgens de verdediging was het bewijs dat tijdens de huiszoeking op de Overtoom werd gevonden onrechtmatig verkregen. De rechter-commissaris was slechts dertien minuten aanwezig en niet vijf uur en vijftig minuten, de totale duur van de huiszoeking. Ook op afstand werd er geen leiding aan de huiszoeking gegeven zoals de wet vereiste. De rechter ging daarin mee en verlaagde de straf van R tot 11 maanden. Na aftrek van voorarrest kwam hij direct op vrije voeten.
Ondanks de nogal voorbarige claim van Wilting bleef RARA als collectief anoniem. [2] R was zichtbaar omdat hij als enige RARA-verdachte terechtstond en in gevangenschap als individu naar buiten trad met bajesbrieven en interviews. R werd voor velen het gezicht van RARA. Hij sprak sporadisch met de pers, maar bleef op zijn hoede. In De explosieve idealen van RARA, een aflevering van het televisieprogramma Andere Tijden uit 2010 – vijfentwintig jaar na de eerste aanslag op de Makro – liet R nog altijd niets los dat als bewijsmateriaal zou kunnen dienen. Het Openbaar Ministerie besloot dan ook niet om de zaak te heropenen naar aanleiding van het televisieprogramma. [3]
R was de eerste met wie ik afsprak. Als voorbereiding las ik pdf’s met BVD- en politierapporten, processen verbaal, knipselmappen met krantenartikelen. Ik keek mee over de schouder van het OM, de politie- en opsporingsdiensten naar een groep mensen die hen elke keer weer te slim af was. Af en toe ving ik een persoonlijke glimp op van de activisten zelf, zoals R die schreef dat de tijd in de gevangenis deed denken aan zijn jeugd in een kindertehuis [4], of een andere verdachte die niets zei tijdens het zoveelste verhoor, maar glimlachte, neuriede en ‘deed voorkomen of zij zich geheel van de buitenwereld had afgesloten’[5]. Vooral deze kwetsbare fragmenten raakten mij. Wie zijn deze mensen? Wat is hun verhaal?
Waarom RARA? Tijdens mijn eerste ontmoeting met R antwoordde ik dat ik door mijn grootvader, een paramilitaire verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog, altijd al interesse had gehad in verzet, maar ik wel klaar was met dát verhaal en de nogal patriarchale, nationalistische en tijdsgebonden manier waarop er naar verzet wordt gekeken; het bij RARA niet over individuen gaat maar over een anoniem collectief waarin vrouwen, mannen, queers, Zwart en wit een rol spelen[6]; ik deze geschiedenis onder de aandacht wil brengen nu een nieuwe generatie die RARA niet kent opstaat tegen klimaatcrises, racisme, uitbuiting, onderdrukking, en uitsluiting op basis van gender en seksuele oriëntatie[7]; er al zoveel geschiedenissen van socialistisch verzet verloren zijn gegaan door nalatigheid, actief beleid of een gebrek aan toegang of interesse en dit het moment is – nu de betrokkenen nog leven – om de geschiedenis te documenteren vanuit het perspectief van, en in solidariteit met, RARA. R wilde wel een vervolgafspraak maken voor een interview. Een aantal weken later zat ik klaar met een opnameapparaat. R liet nauwelijks iets los, was defensief, zag mij vooral als iemand die informatie kwam verzamelen die hem of anderen in gevaar zou kunnen brengen: Het lijkt wel een verhoor!
De praktijk van een revolutionair die gewend is om te zwijgen – elke vraag is een potentiële trigger – stond haaks op mijn initiële nieuwsgierigheid en ongeduld. Zichtbaar maken of ongrijpbaar blijven? Documenteren van een geschiedenis of het verzamelen van bewijsmateriaal? Hoe kan ik de geschiedenis van RARA in beeld brengen, terwijl RARA zelf ongrijpbaar blijft?
Toch was ook R ervan doordrongen dat de geschiedenis van RARA gedocumenteerd moest worden. Een of twee interviews? Niet genoeg. Dit kon alleen door met elkaar in gesprek te blijven en procesmatig samen te werken zonder precies te weten waartoe dat zou leiden. Na het eerste interview met R benaderde ik het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) en tekende ik de eerste versie van het contract voor ARCH04547. Het IISG verklaarde: ‘… het archief in goede staat te bewaren’[8] – ik had nog niets. R en ik bleven elkaar ontmoeten. We werkten aan de parameters van het project. De belangrijkste: RARA moet anoniem blijven. RARA blijft ra-ra. Niets mag terug te voeren zijn op personen. We legden de basis voor een samenwerking die jaren duurde tot R plotseling stierf in 2021.
In 2018 maakte ik facade suspended, een installatie die RARA plaatst in een context van de nalatenschap van het Nederlands imperialistische verleden. Ik verzaagde vijf 17e- en 18e-eeuwse kisten van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) en reconstrueerde de pui van het kraakpand waar R woonde en in 1988 de huiszoeking plaatsvond. R bezocht de tentoonstelling: Lekker vaag, dat snapt toch niemand. Desondanks gaf het werk hem vertrouwen dat ik er na onze gesprekken niet meteen vandoor was gegaan met die paar zaken die nog nooit openbaar waren gemaakt. R introduceerde me bij andere activisten. Ik ontmoette Katrien de Klein, de radiojournalist die verslag deed van de rechtszaak tegen R. Ze doneerde haar notitieblokken. Advocaat Ties Prakken deelde haar herinneringen over de rechtsgang en het eindeloos geblunder van justitie en politie.
Ik moest de mensen van RARA, zeker aan het begin, overtuigen van het belang van de kunstwerken die ik wilde maken. Het was hard werken om hun wantrouwen jegens de kunstwereld – bourgeois, egoïstisch, haalt niets uit – te verminderen. Iedereen was het er echter over eens dat de gesprekken bewaard moeten blijven in ARCH04547, zodat derden, op termijn, toegang kunnen krijgen om hun eigen conclusies te trekken uit het bronmateriaal. Maar hoe bewaar en bewerkstellig je toegang tot deze nog altijd gevoelige informatie?
Het manuscript van Das Kapital, het persoonlijk archief van Bakunin: revolutionair gedachtegoed dat de wereld veranderde. Het minder spectaculaire, maar ongelooflijk belangrijke werk dat achter de schermen werd verricht voor het bewerkstelligen van sociale gelijkwaardigheid, zoals de meters archief van vakbonden als de ANDB en FNV. Het wordt allemaal bewaard bij het ISSG. Geen instituut heeft zoveel informatie over de kraak-, en antiapartheidsbeweging in Nederland. Thematisch gezien is er geen beter aansluitende instelling dan het IISG om de RARA-geschiedenis te bewaren. Er was bovendien nog een andere reden om het RARA-archief bij het IISG onder te brengen: net als Atria, Nieuwe Instituut en Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid is het IISG een particulier archief dat andere afspraken kan maken over bescherming van informatie, zoals wie wanneer toegang krijgt tot het archief en wie daarover beslist. In tegenstelling tot overheidsarchieven zijn dit instituten die flexibel kunnen zijn met restricties.
[neuriën: Ndodemnyama Verwoerd van Miriam Makeba]
Koloniale geschiedenis is geen verleden tijd.
Elke dag zie ik het weer.
Dat witte superioriteitsgevoel.
Denken dat wit beter is dan Zwart.
Het goedpraten van het apartheidsregime in Zuid-Afrika.
Er loopt een bloedrode lijn van toen naar nu.
Maar apartheid is wel meer dan een koloniaal overblijfsel.
Het is een springlevend systeem dat de witte minderheid – met het wetboek in de hand – alle mogelijkheden geeft om de zwarte meerderheid uit te buiten.
Er wordt gewoon godverdomme veel geld mee verdiend.
Daarom vind ik het gevaarlijk om apartheid alleen te veroordelen op morele gronden, als in: apartheid is racisme. Racisme is slecht. Dus dat mag je niet meer doen.
Denk je echt dat Zwart en wit gelijkwaardige rechten kunnen krijgen in een kapitalistische maatschappij?[9]
In 2020 werd mijn RARA-project geselecteerd voor de tentoonstelling In The Presence of Absence in het Stedelijk Museum Amsterdam dat op fietsafstand ligt van de kraakpanden waar RARA-activisten woonden en acties voorbereidden. Ik maakte de audio-installatie observatie contra observatie. In dit werk staat een gesproken monoloog centraal: een gedramatiseerde weergave van de gebeurtenissen rond de aanslag op een warenhuis van de Makro in Duivendrecht op 17 september 1985, de eerste aanval die RARA opeiste. Op basis van de gesprekken schreef ik het script voor een samengesteld anoniem personage dat spreekt vanuit het perspectief van meerdere betrokken activisten. De monoloog werd uitgezonden door een illegale FM-zender die ook buiten het Stedelijk te ontvangen was. Op een stapel meeneemposters staat het script en de foto die een activist maakte met daarop een brandende houtkachel.
‘Ik trek mijn kleren uit.
Trui.
T-shirt.
Broek.
Onderbroek.
Sokken.
Alles. Echt alles gooi ik in het vuur.’ [10]
Een op straat gevonden kapstok met een jas, een stoel, een smerig tapijt, een gebruikte koffiemok, een pakje sigaretten, uitgedrukte peuken. De foto toont de leefwereld van een activist, maar verhult ook: de spiegel staat weggedraaid van de activist die de foto maakte en de kachel is niet alleen gebruikt voor verwarming, maar ook voor het verbranden van bewijsmateriaal, zoals de kleren die werden gebruikt voor de aanslag op de Makro in Duivendrecht. Het beeld belichaamt in mijn ogen de paradoxale verhouding tussen het nauwgezette vernietigen van sporen – noodzakelijk voor het functioneren van RARA als anoniem collectief – en mijn poging om deze geschiedenis te documenteren en na te vertellen.
‘De schenker verklaart dat hij na schenking geen enkele geluidsopname en alleen nog geanonimiseerde transcripten van de interviews met de personen die betrokken waren bij RARA in zijn bezit zal hebben.’[11] Voor de opening van de tentoonstelling in het Stedelijk, hamerden R en de anderen erop dat mijn huis en computer ‘schoon’ moesten zijn. Alle acties van RARA zijn verjaard. De kans dat ‘ze’ op bezoek zouden komen is vrijwel nihil. Opnames van de gesprekken en transcripten met namen moeten niet rondslingeren. Alleen de gedachte al dat ik per ongeluk ergens een harde schijf laat liggen en er iets met de informatie wordt gedaan, waardoor de mensen met wie ik heb gesproken ernstig in verlegenheid gebracht zouden kunnen worden, maakt me nog altijd ongemakkelijk. Ik ben opgelucht dat ARCH04547 nu de enige plek is waar alle informatie die ik heb verzameld zich integraal bevindt.
Bij elke stap van het proces in het maken en tonen van het werk in het Stedelijk Museum Amsterdam waren mensen van RARA nauw betrokken: de gesprekken, het concept van een samengesteld personage, het schrijven van het script, de bouw van de illegale FM-zender, en elke keer als er persaandacht was overlegden wij over een te volgen strategie: wel het inhoudelijke gesprek aangaan met Het Parool, NRC, OVT op Radio 1, niet praten met het rechtse en conservatieve Elsevier Weekblad: Komt niets interessants uit. Er kwam toch een stuk: ‘Stedelijk Museum biedt ruimte aan ‘nuttige idioot’ van terreurclub RaRa’. Naast onzinnig gespeculeer, had EW toch ook een punt: ‘Een van de opvallendste bijdragen is een (audio)kunstwerk van de Amsterdamse kunstenaar Pieter Paul Pothoven. De kunstenaar spreekt zelf van een ‘onderzoek’, maar het is wel wat meer dan dat. Het is een nauwelijks verhulde poging tot rehabilitatie van de beruchte terreurgroep RaRa als hedendaagse ‘verzetsstrijders’(…) .’[12]
RARA bezocht het Stedelijk. Niet alleen de mensen met wie ik samenwerkte, ook anderen die voorheen geen heil zagen in het project kwamen kijken. Ze kregen de berichten uit de pers mee en zagen de beelden van het extreemrechtse kamerlid – nu kamervoorzitter – Martin Bosma (PVV) die tijdens een commissievergadering van de Tweede Kamer in een onsamenhangende rant het werk aanhaalde als voorbeeld waarom er niet meer geld naar cultuur moet want: ‘daar worden toch alleen maar terroristen mee verheerlijkt.’[13] Activisten die eerder niet wilden praten werkten uiteindelijk toch mee. Het verraste mij toen een van hen, die ik leerde kennen na de tentoonstelling, zei dat ik degene was die misschien wel het meest wist van RARA, omdat ik meerdere mensen had gesproken, niet iedereen zag elkaar meer of alleen sporadisch, maar vooral ook omdat er binnen RARA tot voor kort alleen informatie werd gedeeld op een need-to-know-basis. Een vreemde tegenstelling: ik, als buitenstaander, die misschien wel een beter overzicht heeft, dan de personen die er jarenlang middenin hebben gestaan.
Het werk in het Stedelijk kwam niet alleen voort uit de gesprekken, maar was dus ook een essentiële schakel in de band die ik met mensen van RARA heb opgebouwd, een katalysator die de aard van de gesprekken en daarmee ook de samenstelling van ARCH04547 heeft beïnvloed. Informeel, on the record, met een of meerdere activisten tegelijkertijd, de gesprekken leken in niets meer op het eerste ‘verhoor’ met R. Mijn drive – beter: ongeduld –om zo veel mogelijk te weten te komen, maakte plaats voor vertraging. Interviews veranderden in gesprekken. Nieuwe thema’s kwamen aan bod, zoals de geweldsvraag: hoe ver gaat de strijd voor verandering?
‘We willen vooral geen onschuldige slachtoffers, maar waar ligt de grens? Richten we ons alleen op goederen – materiële schade – of ook op personen? Hoe ver willen we gaan in de strijd voor verandering? Brigate Rosse, de ETA, de RAF. Kijk hoe ze het in Duitsland doen: eerst de warenhuizen, daarna aanslagen op zakenlui en politici. Waarom nemen wij die stap niet?’[14]
Op basis van de laatste gesprekken – de meeste vonden plaats in mijn woonkamer – maakte ik de korte film Kosto. Grootschermer. Dertig Minuten. (2023, 23 min., kleur) over de aanslag op het huis van Aad Kosto die als staatssecretaris van Justitie verantwoordelijk was voor het steeds onmenselijker wordende asiel- en immigratiebeleid. In de vroege ochtend van 13 november 1991 plaatste RARA een explosief tegen de achtergevel van het woonhuis in Grootschermer, een klein dorp in Noord-Holland. Na een telefonische boodschap, waarnaar de titel van de film verwijst, verliet Kosto zijn huis. De volgende ochtend keerde hij terug. Voor het oog van de camera pakte hij zijn nog levende huiskat Auguste van de grond en liep ermee rond. Het iconisch beeld – desastreus voor de beeldvorming van RARA – circuleerde in alle media. Deze film is voorlopig het laatste werk dat ik over RARA zal maken. Het is al een tijd stil, maar als er nieuwe on-the-record–gesprekken zullen plaatsvinden, zal ik deze toevoegen aan ARCH04547. ‘Zolang het archief gesloten is behoudt de schenker het recht om het archief te raadplegen, te wijzigen en stukken toe te voegen’.[15]
Toegang tot ARCH04547 is beperkt tot 17 september 2060, vijfenzeventig jaar na de eerste RARA-aanslag op de Makro in Duivendrecht. Dan: ‘… is het de Stichting IISG toegestaan het archief aan derden ter beschikking te stellen via gebruikelijke kanalen waaronder inbegrepen maar niet beperkt tot leeszalen en een website.’[16] Toegang is nu dus beperkt, maar het archief is niet gesloten: ‘Derden kunnen toegang krijgen tot het archief na schriftelijke toestemming van de schenker die daarvoor met de geïnterviewden in kwestie zal overleggen.’[17] Zodra het IISG een verzoek krijgt, neem ik contact op met de mensen van RARA. Na overleg nemen wij een besluit en verwittig ik het IISG, die contact zal opnemen met de persoon die het archief wil raadplegen. Er bestaat ook een mogelijkheid om toegang te verlenen tot een deel van het archief, bijvoorbeeld de transcripten van één of meerdere gesprekken; de gele bezoekerskaart waarmee iemand R in de gevangenis opzocht; of scans van een lijvig politierapport waarop een RARA-activist met blauwe stift schreef: NIKS. Mocht ik voor 17 september 2060 komen te overlijden, dan zal een notaris het IISG hiervan op de hoogte brengen. Het archief zal dan gesloten blijven tot 2060.
Na de dood van alle betrokkenen zal RARA uit de anonimiteit gehaald worden. Niet op basis van bewijslast die is vergaard door politie- en opsporingsdiensten, maar door documentatie van deze geschiedenis waaraan de activisten op hun eigen voorwaarden hebben bijgedragen en die beschikbaar zal komen op de zelfgekozen datum en plaats.
‘Maar zover is het nu nog niet.
Kom maar op.
RA-RA.
Vind ons maar.’[18]
—
Deze tekst verscheen eerder in het Engels in het boek Open Archief, Artistic Reuse of Archives, gepubliceerd door Open Archief, een samenwerkingsverband tussen het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Het Nieuwe Instituut en Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid.
[Voetnoten]
[1] RARA-claimbrief, aanslag Makro Duivendrecht, September 17, 1985
[2] RARA ging door en verlegde haar actieterrein van apartheid in Zuid-Afrika naar het Nederlands asiel- en immigratiebeleid. Tussen 1990 en 1993 pleegde RARA aanslagen op Marechaussee-kantoren, ministeries en het woonhuis van Aad Kosto, Staatssecretaris van justitie onder het kabinet Lubbers Kok.
[3] Roemersma staat nog achter Makro-branden, Trouw, November 19, 2010
[4] brief van René, De Zwarte, 25 november 1988, opgenomen in BVD-rapport dat is vrijgegeven in 2010 na WOB-verzoek van Andere Tijden in 2010
[5] uit: L.C.T.-rapport, proces verbaal nr.: 2800 A t/m H. Gedoneerd door RARA-activist en opgenomen in ARCH04547, IISG. Deze processen verbaal zijn ook deels te vinden in: Noord-Hollands Archief, bijzondere rechtbankdossiers, toegangsnr.: 94, inventarisnr.: 719
[6] Dit maakte ik op uit een brief van de Vereniging Sociale Advokatuur Nederland (VSAN) aan de minister van justitie Korthals Altes (21 april 1988). Vice-voorzitter A.H.J. van den Biesen beklaagt zich over de racistische, seksistische en homofobe uitspraken van de politie tijdens de verhoren van RARA-verdachten. Bron: Noord-Hollands Archief. Ook in de pers rondom de verhoren van de RARA-verdachtes werd hier meerdere malen melding van gemaakt.
[7] Kruispuntdenken was essentieel in het gedachtegoed van RARA: ‘Dat het uiteindelijk gaat om een wereld zonder onderdrukking, uitbuiting en vergiftiging, zonder racisme en seksisme is geen pathetische geloofsbelijdenis, maar de kern van het socialisme zoals wij ons dat voorstellen.’ Uit: claimbrief RARA na aanslagen op marechaussee-kantoren in Oldenzaal en Arnhem, 19 maart 1990
[8] contract ARCH04547
[9] p.1, script observatie contra observatie, Pieter Paul Pothoven in collaboration with activists from RARA, 2020
[10] idem, p.6
[11] contract ARCH04547
[12] Stedelijk Museum biedt ruimte aan ‘nuttige idioot’ van terreurclub RaRa, Gertjan Schoonhoven, Elsevier Weekblad (online), October 15, 2020
[13] Commissievergadering Tweede Kamer over: begroting OCW, onderdeel cultuur, November 23, 2020
[14] p.3, script Kosto. Grootschermer. Dertig minuten., Pieter Paul Pothoven in collaboration with activists from RARA, 2023
[15] contract ARCH04547
[16] In het contract dat ik in 2017 tekende stond 17 september 2035 als datum waarop het IISG ARCH04547 zou vrijgeven. De mensen van RARA die ik later leerde kennen stelden echter nieuwe eisen aan de datum: 17 september 2060.
[17] contract ARCH04547
[18] p.8, observatie contra observatie