Accidental Universes
Gisteravond, toen ik naar huis ging met de bus, reed ik door Sao Paulo. Het leek wel of alle verlichte ramen die ik zag ofwel blauw ofwel oranjegeel waren, alsof er maar twee soorten verlichting bestaan in Brazilië.
De eerste keer dat ik een ‘Accidental Universe’ zag., was ik met vrienden in een café en opende iemand de suikerpot. Op de zwarte tafel lag ineens een wit universum. Nu zie ik ze overal. Onder de tafel, als er een papiertje mee gewassen is, of als de ipad uitstaat en de luchtvervuiling van Sao Paulo er een constellatie op heeft gemaakt.
Iemand vroeg me gister of er eigenlijk wel zoiets als ‘thuis’ bestaat. Als ik naar de geknoeide universums kijk, probeer ik me voor te stellen dat ergens in een van die minuscule puntjes míjn huis staat. Daar woon ik dan, met al mijn dromen, mijn vrienden, mijn kunst, mijn ambitie, mijn frustratie over het niet werkende koffiezetapparaat. Dan zoom ik uit, en zijn er zoveel sterren omheen dat mijn eigen verbluffende relativiteit me laat lachen.
Misschien is tuis wel de plek waar je even kunt vergeten dat je net als alle andere mensen bent, met je eigen unieke dromen, vrienden, ambities en onbenullige frustraties. Natuurlijk zitten er achter al die ramen mensen net als jij. Maar de enige plek waar we dat echt kunnen vergeten is als we dromen, misschien is slaap wel het beste huis?